21169 |
brug |
brug:
brək (Q117p Nieuwenhagen)
|
brug [RND]
III-3-1
|
30528 |
brugijzer |
baard:
bāt (Q117p Nieuwenhagen)
|
Werktuig dat dient om leien op maat of volgens profiel af te kappen. De uitstekende punt van het brugijzer wordt in het dakbeschot geslagen waarna de lei op de scherpe bovenkant wordt gelegd en met de hamer wordt afgekapt. Zie ook afb. 82. [N 64, 158b]
II-9
|
20386 |
bruid |
bruid:
brōēd (Q117p Nieuwenhagen),
brōēët (Q117p Nieuwenhagen, ...
Q117p Nieuwenhagen),
de brōēd (Q117p Nieuwenhagen, ...
Q117p Nieuwenhagen)
|
bruid [DC 05 (1937)] || de bruid [broeëd] [N 96D (1989)]
III-2-2
|
20387 |
bruidegom |
bruidegom:
brōēëdegom (Q117p Nieuwenhagen, ...
Q117p Nieuwenhagen),
dr brōēdegam (Q117p Nieuwenhagen, ...
Q117p Nieuwenhagen),
man:
maan (Q117p Nieuwenhagen)
|
bruidegom [DC 05 (1937)] || de bruidegom [brudejam] [N 96D (1989)]
III-2-2
|
23221 |
bruidje in de processie |
bruidje:
een brüdje (Q117p Nieuwenhagen),
engeltje:
īngəlkə (Q117p Nieuwenhagen)
|
Een in het wit gekleed meisje in de processiestoet [bruidje, maagdje, ingelche]. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
20389 |
bruidsjapon |
bruidskleed:
brōēëtsklēēt (Q117p Nieuwenhagen, ...
Q117p Nieuwenhagen,
Q117p Nieuwenhagen),
t brōēdskleed (Q117p Nieuwenhagen, ...
Q117p Nieuwenhagen,
Q117p Nieuwenhagen)
|
de bruidsjapon, het bruidskleed [N 96D (1989)] || het plein vóór de kerk [kerkplaats, kerkplein, plei] [N 96D (1989)]
III-2-2
|
20370 |
bruidsjonker |
bruidsjong:
brōēëtsjóng (Q117p Nieuwenhagen, ...
Q117p Nieuwenhagen,
Q117p Nieuwenhagen),
bruidsjonker:
brōēëtsjónker (Q117p Nieuwenhagen, ...
Q117p Nieuwenhagen,
Q117p Nieuwenhagen),
dr brōēdsjónker (Q117p Nieuwenhagen, ...
Q117p Nieuwenhagen,
Q117p Nieuwenhagen)
|
de bruidsjonker [brönker] [N 96D (1989)] || het plein vóór de kerk [kerkplaats, kerkplein, plei] [N 96D (1989)]
III-2-2
|
20371 |
bruidsmeisje |
bruidsmeidje:
brōēëtsmééëtje (Q117p Nieuwenhagen, ...
Q117p Nieuwenhagen,
Q117p Nieuwenhagen),
t brōēdsmeëdje (Q117p Nieuwenhagen, ...
Q117p Nieuwenhagen,
Q117p Nieuwenhagen)
|
het bruidsmeisje [brönkesje] [N 96D (1989)] || het plein vóór de kerk [kerkplaats, kerkplein, plei] [N 96D (1989)]
III-2-2
|
20385 |
bruidspaar |
bruidspaar:
brōēëtspāār (Q117p Nieuwenhagen, ...
Q117p Nieuwenhagen),
t brōēdspaar (Q117p Nieuwenhagen, ...
Q117p Nieuwenhagen)
|
het bruidspaar [N 96D (1989)]
III-2-2
|
23350 |
bruidsportaal |
bruidsportaal:
brōētspòrtōāël (Q117p Nieuwenhagen)
|
Vroeger werd een huwelijk soms ingezegend onder de kerkdeur of in een zijportaal. Hoe noemde men die plek [huwelijksdeur, bruidsportaal]. [N 96A (1989)]
III-3-3
|