e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L433p plaats=Nieuwstadt

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
lijkenhuisje lijkenhuisje: liekenhuske (Nieuwstadt) Het gebouwtje op of bij het kerkhof, waar de lijkbaar staat en waar men vroeger zo nodig een lijk tijdelijk onderbracht [lijkenhuisje, liek(e)huuske, dodenhuisje, doeëdehuus-je?]. [N 96A (1989)] III-3-3
lijn waar het spel begint streep: sjtreep (Nieuwstadt) De lijn waar bepaalde spelen beginnen [meet, mark, schreef, schram, erke, aanbrak, ambrok, lambrak, doodmeet]. [N 88 (1982)] III-3-2
lijsterbes duivelskers: -  duvelskaesj (Nieuwstadt) lijsterbes (Sorbus aucuparia) [DC 26 (1954)] III-4-3
likken lekken: lekke (Nieuwstadt), lèkkə (Nieuwstadt) likken; Hoe noemt U: Met de tong over iets heen en weer gaan om zo het voedsel op te nemen (likken, lekken, leppen) [N 80 (1980)] III-2-3
liniaal liniaal: linijaal (Nieuwstadt) een dunne rechte lat met een maatverdeling om er lijnen langs te trekken [liniaal, linie, regel, regelet] [N 90 (1982)] III-3-1
links, linkshandig links: lènks (Nieuwstadt) Zegt men van iemand die bij voorkeur zijn linker hand gebruikt: Hij is ... [DC 50 (1975)] III-1-2
linksachter linksback (<eng.): (= back)  lènksbek (Nieuwstadt) Linksachter, rechtsachter. [DC 49 (1974)] III-3-2
linkshandig persoon linkse, een -: lènkse (Nieuwstadt) Zegt men van iemand die bij voorkeur zijn linker hand gebruikt: Het is een ... [DC 50 (1975)] III-1-2
linksvoor linksbuiten: lènksboete (Nieuwstadt) Links- rechtsvoor. [DC 49 (1974)] III-3-2
lip lip: lup (Nieuwstadt) lip [DC 01 (1931)] III-1-1