25313 |
centiare, maat van 1 m2 |
vierkante meter:
veirkantje meter (L433p Nieuwstadt)
|
de maat die een oppervlakte aangeeft van 1 vierkante meter [centiare, centiaar] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
20837 |
cervelaatworst |
droogworst:
dreugwoosj (L433p Nieuwstadt)
|
droogworst [N 06 (1960)]
III-2-3
|
18824 |
chagrijn |
chagrijn:
sjagrijn (L433p Nieuwstadt)
|
een knagend, afgunstig en mismoedig makend verdriet [chagrijn, chagrijnigheid] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
23439 |
ciborie |
ciborie (<lat.):
ciborie (L433p Nieuwstadt)
|
Een ciborie, grote kelk met deksel, waaruit de Communie wordt uitgedeeld [tsieboriejoem?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
20545 |
cichorei |
buisman:
buismàn (L433p Nieuwstadt, ...
L433p Nieuwstadt),
cichorei:
sichorei (L433p Nieuwstadt, ...
L433p Nieuwstadt)
|
cichorei; Hoe noemt U: Surrogaat of smaakverbeterend middel voor koffie gemaakt van de wortel van een bepaalde plant die gemalen en geroosterd wordt (cichorei, cikorei, suikerij, suikeraai, sekraai, bitter, Gemertse koffie) [N 80 (1980)]
I-7, III-2-3
|
28224 |
cilinderglas |
cilinderglas:
šilendǝrglās (L433p Nieuwstadt
[(Maurits)]
[Domaniale])
|
Het cilinderglas van de veiligheidslamp. [N 95, 244; monogr.]
II-5
|
22686 |
circus |
tent:
t}ent (L433p Nieuwstadt)
|
Een tent waarin allerlei artiesten optreden zoals clowns, dresseurs met hun dieren, akrobaten etc. [circus, sirk, paardenspel, hittenspel]. [N 90 (1982)]
III-3-2
|
25000 |
cirkel, kring |
kring:
krīnk (L433p Nieuwstadt),
ring:
rīnk (L433p Nieuwstadt)
|
de gesloten kromme lijn in een plat vak waarvan de punten alle op eenzelfde afstand liggen van één punt; het ingesloten vlak [kring, ring, cirkel] [N 91 (1982)] || een cirkelvormig voorwerp [ring, kring] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
24406 |
cocon |
larve:
larf (L433p Nieuwstadt)
|
pop, coconrups [DC 18 (1950)]
III-4-2
|
28397 |
cokes |
cokes:
kǫks (L433p Nieuwstadt
[(Maurits)]
[Maurits])
|
Brandbaar produkt dat overblijft wanneer steenkool door droge destillatie van haar vluchtige bestanddelen wordt ontdaan. [N 95, 469]
II-5
|