19010 |
nieuwsgierig |
nieuwsgierig:
noewsjieërig (L322a Nunhem)
|
zijn nieuwsgierigheid wekken [wonderen, wonder doen, benieuwen] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
17724 |
nieuwsgierig kijken |
nieuwsgierig neuzen:
noesjèèrig naze (L322a Nunhem)
|
kijken: nieuwsgierig kijken [blieke, spitsmoele] [N 10 (1961)]
III-1-1
|
19177 |
nieuwsgierigaard |
gaper:
gaper (L322a Nunhem),
nieuwsgierige naas:
noewsjieërige naas (L322a Nunhem)
|
iemand die alles nieuwsgierig bekijkt [gaper] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
18020 |
niezen |
niesten:
neeste (L322a Nunhem)
|
niezen [niese, nieste] [N 10a (1961)]
III-1-2
|
20752 |
niknak |
niknak:
niknak (L322a Nunhem)
|
Koekjes in de vorm van speelgoedfiguurtjes, voor kinderen (niknak?) [N 16 (1962)]
III-2-3
|
34478 |
nog in het ei zittend kipje |
kuikje:
kykskǝ (L322a Nunhem)
|
[N 19, 40a]
I-12
|
19455 |
noodbed, kermisbed |
paljas:
paljas (L322a Nunhem)
|
Bed dat in tijd van nood op de grond wordt opgemaakt (kermisbed, paljas, paljas parterre) [N 79 (1979)]
III-2-1
|
21348 |
nors |
bars:
bars (L322a Nunhem)
|
onvriendelijk, stuurs, nors, bars [aling, strak, grenniog, stom, bars, stuurs, nors, zuur] [N 87 (1981)]
III-3-1
|
21651 |
notariskosten |
opcenten:
opcente (L322a Nunhem)
|
gelden die bestemd zijn voor de notaris i.v.m. een openbare verkoping van onroerende goederen [ongelden, den bamis, onraad, herengeld?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
18334 |
nylonkous |
nylon:
nijlons (L322a Nunhem)
|
nylonkousen [N 24 (1964)]
III-1-3
|