e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L216p plaats=Oirlo

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
rouwbrief doodsbrief: dódsbriēf (Oirlo), rouwbrief: rouwbrief (Oirlo), rowbriēf (Oirlo) De rouwbrief. [N 96D (1989)] || rouwbrief || rouwbrief, overlijdensbericht, rouwkaart III-2-2, III-3-3
rouwkleding rouwgerei: rowgrej (Oirlo) rouwkleding III-2-2
rouwkrans rouwkrans: rouwkrâns (Oirlo) De krans die op de kist wordt gelegd [krants]. [N 96D (1989)] III-3-3
rouwpoffer/rouwmuts rouwmuts: 1. witte batisten muts, zonder kant, gedragen bij zware rouw (een jaar en 6 weken 2. witte tulen muts zonder kant, gedragen bij rouw in tweede graad of meer  rowmuts (Oirlo), rouwtoer: rouwtoer (Oirlo), cf. VD fr. s.v. "atour"(tooi, opschik "boerendracht; half maanvormig hoofddeksel, samengesteld bij: 1. zware rouw: geheel van zwarte crêpe; 2. bij minder zware rouw: zwarte zijden linten en zwarte bloemen  rowtoēr (Oirlo) hoofddeksel voor rouw (zie toel.) || muts met poffer, minder kostbaar of minder uitgedost dan de grote witte muts, die bij rouwgelegenheden wordt gedragen [rouwpoffer] [N 25 (1964)] || rouwmuts (zie toel.) III-2-2
rouwsluier falie: fâlie (Oirlo) een rouwsluier, voile, falie [N 96D (1989)] III-2-2
rouwsluier aan een hoed lamfer: cf. VD s.v. "lamfer"= soort van fijn gaas, m.n. als van de hoed afhangende rouwfloers, rouwsluier  lamfer (Oirlo), rouwrand: rouwrānd (Oirlo) rouwsluier(s) aan een hoed [N 25 (1964)] III-2-2
royaal gul: gul (Oirlo), royaal (<fr.): rəjáál (Oirlo) gul [SGV (1914)] || royaal [DC 02 (1932)] III-3-1
roze (kleur) roos: raos (Oirlo) roze (kleur) III-4-4
rozenbottel rozenbottel: roëze-bottel (Oirlo) rozenbottel (vrucht van de hondsroos: papetuutje, papetoet, hanekul, wepen, klokke, rozenbottel). [N 92 (1982)] III-4-3
rozenhoedje rozenhoedje: zelden gebruikt  rozenhoedje (Oirlo), rozenkrans: roeezekrans (Oirlo) Een Rozenhoedje (waarbij men 1 maal het bidsnoer langs gaat). [N 96B (1989)] III-3-3