e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L216p plaats=Oirlo

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
snuit snuit: snüt (Oirlo, ... ), u? = kort  snuût (Oirlo) Hoe noemt u het vooruitstekende deel van het aangezicht van dieren (snuit, snoefel) [N 83 (1981)] || Snuit [SGV (1914)] III-1-1, III-4-2
snurken snurken: snurreke (Oirlo) snurken [snorke, ronke] [N 10 (1961)] III-1-2
sober sober: soëber (Oirlo) afkerig van overdaad of overmaat [sefiel, sober] [N 85 (1981)] III-1-4
soep soep: soep (Oirlo), Dat is nog s suupke: Dat is soep van goede kwaliteit/Goede vloeibare kost De soep wert nie zó hét ge-aete, as ze wert òpgedi‰nd  soep (Oirlo), Syst. WBD  soep (Oirlo) soep [SGV (1914)] || Soep, heel in het algemeen [N 16 (1962)] III-2-3
soepgroente soepengroen: soepegruūn (Oirlo) soepgroente III-2-3
soepketel, waterketel marmiet: wel \'ns gehoord  marmiet (Oirlo), soeppot: soep-pot (Oirlo) berremiet/ marmiet, in de betekenis van koperen waterketel; betekenis/uitspraak [N 20 (zj)] || pot, metalen ~; inventarisatie benamingen (tutpot, pappot, trekpot, braajpot); betekenis/uitspraak [N 20 (zj)] III-2-1
soepketeltje melktuitje: zie tekening bij vraag 16 dat dunze ien het melktötje  melktötje (Oirlo) keteltje van blik waarin men melk, soep e.d. naar de arbeiders in het veld brengt (perdons) [N 20 (zj)] III-2-1
soepkip gekookte hen: gekokte hen (Oirlo), soepkip: latere benaming!  soepkip (Oirlo) kip in water gekookt [N 37 (1971)] III-2-3
soepterrine soepterrine: soeptrien (Oirlo, ... ) soepterrine [N 20 (zj)] III-2-1
soepvlees soepenvlees: soep(e)vlaes (Oirlo), soepvlees: soepvleis (Oirlo) soepvlees || soepvlees; Hoe noemt U: Mager vlees om soep van te koken (boelie, bouilli, soepvlees) [N 80 (1980)] III-2-3