e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L216p plaats=Oirlo

Overzicht

Gevonden: 5227
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
doopbewijs doopbriefje: duuëpbriefke (Oirlo) Het doopbriefje, het bewijs dat men gedoopt is [doofsjien]. [N 96D (1989)] III-3-3
doopdekentje doopdeken: duuëp-daeke (Oirlo) dekentje waaronder de dopeling naar de kerk wordt gedragen [N 25 (1964)] III-2-2
doopjurkje doopkleed: duuëpklied (Oirlo), doopkleedje: duuëp-kledje (Oirlo), duuëpkledje (Oirlo), dyəpklɛtsjə (Oirlo) doopjurkje [deumhemke] [N 25 (1964)] || doopkleed [RND] || doopkleedje || het doopkleed, de doopjurk [N 96D (1989)] III-2-2, III-3-3
doopkaars doopkaars: duuëpkaers (Oirlo) De doopkaars. [N 96D (1989)] III-3-3
doopkapel doopkapel: duuepkepel (Oirlo) De kapel achter in de kerk, waarin de doopvont zich bevindt en waar de doop voltrokken wordt [doopkapel?]. [N 96A (1989)] III-3-3
doopkussen doopkussen: duuëp-kusse (Oirlo) dekentje waaronder de dopeling naar de kerk wordt gedragen [N 25 (1964)] III-2-2
doopmutsje doopmutsje: duuëo-mutske (Oirlo), duuëpmutske (Oirlo) doopmutsje [N 25 (1964)] III-2-2
doopsel doopsel: döpsel (Oirlo) Het doopsel [der doof]. [N 96D (1989)] III-3-3
doopsprei doopdoek: duuëpdoek (Oirlo), doopsprei: duuëpsprei (Oirlo) de doopsprei [N 96D (1989)] III-2-2
doopvont doopvont: dueepfont (Oirlo), duuepvont (Oirlo), duəpfunt (Oirlo), oelderse vont: benaming voor de oude stenen vont  de oelderse feent (Oirlo), vont: de veent (Oirlo), feent (Oirlo) De met wijwater gevulde bak bij de ingang(en) van de kerk [wijwater(s)bak, -vat, -steen?]. [N 96A (1989)] || doopvont [RND], [SGV (1914)] || Het bekken waarin het doopwater bewaard wordt en waarboven het kind ten doop wordt gehouden [doopvont, doopsteen, doofsjtee?]. [N 96A (1989)] III-3-3