18227 |
in lompen gekleed |
als een kramer erbij lopen:
den löpt d⁄r as enne kraër bej (L216p Oirlo),
todden aanhebben:
< WNT: tod (I), 1) Waardeloze, veelal gescheurde en smerige lap, lor, lomp, vod.
den het ma wat todde an (L216p Oirlo)
|
in lompen gekleed [haveloos, schabullig, schamel] [N 86 (1981)]
III-1-3
|
20383 |
in ondertrouw gaan |
aantekenen:
ántaekene (L216p Oirlo),
ântèkene (L216p Oirlo),
in ondertrouw gaan:
ien ôndertrouw gaon (L216p Oirlo)
|
aangifte doen bij de ambtenaar van de burgerlijke stand, waarbij de aanstaande echtgenoten elkaar verklaren dat zij met elkaar een huwelijk willen aangaan; in ondertrouw gaan [verscholen, ondertrouwen, ondertrouw doen, aantekenen] [N 87 (1981)] || in ondertrouw gaan
III-2-2
|
20252 |
in verwachting zijn |
aangebrand:
ongewild zwanger
ángebrând (L216p Oirlo),
aangeteld:
ángeteeld (L216p Oirlo),
besteld:
is er al wat besteld bij je vrouw? = is ze al zwanger?
besteld (L216p Oirlo),
groot gaan:
groeët gaon (L216p Oirlo),
in positie:
ien peziesie (L216p Oirlo),
onderweg zijn:
al een half jaar onderweges zien = reeds een half jaar zwanger zijn
ònderweges zien (L216p Oirlo),
overtijd zijn:
ovvertied zien (L216p Oirlo),
wat onder de scholk hebben:
schort, voorschoot
wat ònder de scholk hebbe (L216p Oirlo)
|
(in) (blijde) verwachting || in verwachting zijn || in verwachting zijnde || wanneer een meis (ongehuwd) in verwachting was/is || zwanger zijn || zwanger zijnde
III-2-2
|
21856 |
in voorraad |
in voorraad:
ien vurraod hebbe! (L216p Oirlo)
|
in voorraad zijn [staan, voorradig zijn] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
18037 |
indigestie (hebben) |
buikpijn:
boekpien (L216p Oirlo)
|
Indigestie: storing van de spijsvertering als gevolg van overlading van de maag, te snel eten (muik, overetendheid). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
18812 |
informeren (onoverg.) |
nagaan:
naogaon (L216p Oirlo),
nazoeken:
naozuke (L216p Oirlo)
|
inlichtingen inwinnen over iets [zich naar iets erkondigen] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
20643 |
ingemaakt voedsel |
inmaak:
We hebbe enne groeëten ienmaak ien de kelder staan
ienmaak (L216p Oirlo),
We zien mit dn ienmaak verreg
ienmaak (L216p Oirlo)
|
de ingemaakte soorten groenten/fruit (sterillisatie) || de totale voorraad ingemaakte groenten/ fruit
III-2-3
|
18849 |
ingetogen |
rustig:
röstig (L216p Oirlo)
|
zich onthoudend van buitensporigheden of uitspattingen, niet opzichtig [stil, bedaard, stemmig, ingetogen] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
17701 |
ingewanden |
darmen:
daerm (L216p Oirlo),
ingewanden:
iengewande (L216p Oirlo),
prul:
prul (L216p Oirlo)
|
ingewanden [N 10a (1961)], [SGV (1914)]
III-1-1
|
17909 |
ingieten (met geluid) |
inplonzen:
inploense (L216p Oirlo)
|
gieten: Met een zeker geluid water ergens in gieten (patten). [N 84 (1981)]
III-1-2
|