id | Begrip | Trefwoord: dialectopgave (plaats) | Omschrijving |
---|---|---|---|
19271 | ingrijpen | optreden: ôptreje (Oirlo) | met gezag en kracht tussenbeide komen [roffen, ingrijpen] [N 85 (1981)] III-1-4 |
24960 | inham | inham: ienham (Oirlo) | inham, in het land inspringend gedeelte van een zee, meer of riveri [inpamp] [N 81 (1980)] III-4-4 |
21687 | inkomsten | inkomen: mien ienkômme (Oirlo) | inkomsten, de ontvangsten, het inkomen [inkomende, inbeur?] [N 21 (1963)] III-3-1 |
22448 | inkopen doen voor sinterklaas | inkopen: inkoͅəpə (Oirlo) | Inkopen doen voor St. Nicolaas (6 december) [kloteren]. [N 88 (1982)] III-3-2 |
21691 | inkopen gaan doen op de markt | boodschappen doen: bôdschappe dōēn (Oirlo), inkopen doen: ienkoëpe dōēn (Oirlo), naar de markt gaan: nao de mert gaon (Oirlo) | inkopen gaan doen op de markt [markten, merten?] [N 21 (1963)] III-3-1 |
26785 | inkuilen | inkuilen: inkulǝ (Oirlo) | De aardappelen worden met de slagkar van het veld naar de boerderij vervoerd en daar op een droge plaats voorlopig opgeslagen om uit te wasemen. Vroeger gebeurde dit in de kelder onder de bakoven (zie aflevering I.6 over de bedrijfsgebouwen van de boerderij). Tegen de winter worden de aardappelen ingekuild, dat wil zeggen in een aardappelkuil of -groeve gestort. De algemene benamingen voor deze handeling staan in dit lemma bijeen. Zie verder het lemma Aardappelkuil, -Groef. [N 12, 28; JG 1a, 1b; S 16; monogr.; add. uit N 12, 29; L 1, a-m; S 19] I-5 |
19524 | inmaakpot | moespot: moespot (Oirlo), moeston: moestòn (Oirlo), (zø´rmoes) moestôn (Oirlo) | pot of ketel waarin kool gekookt of bewaard wordt || pot, stenen ~; inventarisatie benamingen voor grote ~~ voor bijv. zuurkool e.d., kleinere ~~ voor boter, eieren e.d. (pijppot, timperpot); betekenis/uitspraak [N 20 (zj)] || vat waarin de kool ingemaakt wordt III-2-1 |
20906 | inmaken | inleggen: augurken, eieren ienlegge (Oirlo), inmaken: ienmake (Oirlo) | inmaken III-2-3 |
21650 | inmijner? (wbd) | roeper: Opm. vur de notaris. ruper (Oirlo) | Heeft men voor de persoon bedoeld in de vorige vraag nog een bepaalde naam? [N 21 (1963)] III-3-1 |
20835 | inschenken | inschudden: insxødə (Oirlo), verschudden: verschudde (Oirlo) | inschenken || sterke drank schenken III-2-3 |