e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Oirlo

Overzicht

Gevonden: 5227

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
aandeel, part part: part (Oirlo) het deel van het geheel dat men krijgt [garant, rantsoen, part, portie, deel] [N 91 (1982)] III-4-4
aandringen aandringen: andringe (Oirlo) met klem trachten gedaan te krijgen, met drang onder de aandacht brengen [prossen, aandringen] [N 85 (1981)] III-1-4
aangetrouwd aangetrouwd: ángetrowd (Oirlo) aangetrouwd; door trouwen aan familie (etc.) verwant III-2-2
aangeven, verklikken aangeven: angaeve (Oirlo) een overtreding of misdrijf bekend maken aan de overheid [aangeven, verklikken, verklappen] [N 90 (1982)] III-3-1
aanhitsen aanhissen: ánhisse (Oirlo, ... ), ânhisse (Oirlo), hissen: hisse (Oirlo, ... ) Hoe noemt u een hond kwaad maken, aanhitsen (hitsen, hissen, opkiezen) [N 83 (1981)] || ophitsen ve hond III-2-1
aanhoudend bepoetelen handvollen: haffele (Oirlo) aanhoudend in de handen nemen [haffele, verhandvollen] [N 10 (1961)] III-1-2
aanhoudend klagen blijven zaniken: blieve zanikke (Oirlo) aanhoudend morren en klagen [neuriën] [N 85 (1981)] III-1-4
aanhoudend regenen blijven doorregenen: ’t blieft ma durraegene! (Oirlo), blijven regenen: ’t blieft raegene (Oirlo) voortdurend regenen [knoeien] [N 22 (1963)] III-4-4
aanhoudend vragen zaniken: zannike (Oirlo) aanhoudend vragen om iets te krijgen [kutten] [N 87 (1981)] III-3-1
aankondigingskastje aanplakbord: anplekbaord (Oirlo) de plaats waar gemeentelijke aankondigingen etc. opgehangen worden [gebooi] [N 90 (1982)] III-3-1