21722 |
proces |
proces (<lat.):
perses (L216p Oirlo)
|
de zitting van een rechterlijk college waarin een overtreding of misdrijf onderzocht wordt, en waarin een uitspraak gedaan wordt [kwerel, audiëntie, proces, ordenantie] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
21515 |
proces-verbaal |
proces (<fr./lat.):
perses (L216p Oirlo)
|
het geschreven woordelijke verslag van de toedracht van een overtreding [proces-verbaal, daas, nummer] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
23243 |
processie |
processie (<lat.):
precessie (L216p Oirlo),
presessie (L216p Oirlo),
processie (L216p Oirlo)
|
De processie [bronk, persessie, protsessioën]. [N 96C (1989)] || Hoe noemde/noemt men die bedevaart? . [N 96C (1989)] || processie [SGV (1914)]
III-3-3
|
23852 |
processie door het veld |
processieweg:
precessiewaeg (L216p Oirlo)
|
Een processie door het veld, bedeweg, bidweg. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
23857 |
processiepaaltjes |
processievaantjes:
precessievaantjes (L216p Oirlo)
|
De paaltjes die de route aangeven waarlangs de processie trekt [bronkpäöl]. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
23856 |
processiepaaltjes in de grond slaan |
processievaantjes zetten:
precessievaantjes zette (L216p Oirlo)
|
Processiepaaltjes in de grond slaan [pöälchere zetse]. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
23858 |
processiestrooisel |
strooisel:
struisel (L216p Oirlo)
|
Strooisel bestaande uit bloemen, stukgesneden stengels en bladeren en stroopsel van varens waarmee de straten versierd worden [sjtreupsel]. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
23861 |
processievaantjes |
processievaantjes:
presessievaantjes (L216p Oirlo)
|
De vaandeltjes die in de processiestoet worden meegedragen [persessieveendelkes]. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
17742 |
proeven |
proeven:
preuve (L216p Oirlo),
pruuve (L216p Oirlo),
prüven (L216p Oirlo, ...
L216p Oirlo),
PrËvend brändt de kok zien tòng: door te proberen leert men
prūve (L216p Oirlo)
|
proeven [SGV (1914)], [SGV (1914)] || proeven [pruuve, pruujve] [N 10 (1961)] || proeven; Hoe noemt U: Een kleine hoeveelheid voedsel of drank in de mond nemen om te onderzoeken hoe het smaakt (keuren, proeven) [N 80 (1980)]
III-1-1, III-2-3
|
23930 |
profeet |
profeet:
prefieët (L216p Oirlo)
|
Een profeet [profieët]. [N 96D (1989)]
III-3-3
|