21244 |
schip |
schip:
schip (L216p Oirlo),
sxip (L216p Oirlo)
|
schip [RND], [SGV (1914)]
III-3-1
|
21248 |
schipper |
schipper:
sxipər (L216p Oirlo)
|
schipper [RND]
III-3-1
|
18923 |
schipperen |
schipperen:
schippere (L216p Oirlo)
|
naar omstandigheden handelen, niet aan zijn beginsels vasthouden, maar alles rustig in het werk stellen om een oplossing te vinden [busselen, schipperen] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
25045 |
schitteren |
schitteren:
schittere (L216p Oirlo)
|
een sterk, beweeglijk licht verspreiden zodat het pijn doet aan de ogen [schitteren, glariën] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
18341 |
schoeisel |
t leer]:
schoen (L216p Oirlo),
schōēn (L216p Oirlo)
|
schoeisel, het geheel van schoenen, laarzen e.d. [voetgetöch [N 24 (1964)]
III-1-3
|
26502 |
schoen |
schoentje:
schoentje (L216p Oirlo)
|
Het kleine losse bakje onderaan het kaar dat tijdens het malen in schuddende beweging is. Het schoen staat de molenaar toe de graantoevoer naar de stenen te regelen. [N O, 19j; A 42A, 39; N D, 12; Sche 52; Vds 149; Jan 156; Coe 137; Grof 158; A 42A, 19]
II-3
|
18272 |
schoen: algemeen |
schoen:
schoen (L216p Oirlo, ...
L216p Oirlo),
schōēn (L216p Oirlo)
|
schoen [SGV (1914)] || schoen [skoewn, schoe, sjoe, schoon, sjoon] [N 24 (1964)]
III-1-3
|
26503 |
schoenarm |
schudijzer:
schudijzer (L216p Oirlo)
|
De vooruitstekende arm aan het schoen die tegen de klapspaan aan het staakijzer slaat. Zie ook de toelichtingen bij de lemmata ɛschoenɛ en ɛspeelman, klapspaanɛ. In l 265 was de schoenarm van ijzer.' [N O, 19k; A 42A, 19]
II-3
|
18466 |
schoenborstel |
schoenborstel:
schoēnbaorsel (L216p Oirlo, ...
L216p Oirlo),
zie tekeningetjes.
schoenborstel mit beugel (L216p Oirlo, ...
L216p Oirlo),
schoenborstel vur ien te wrieve (L216p Oirlo, ...
L216p Oirlo),
schoenborstel vur uut te wrieve (L216p Oirlo, ...
L216p Oirlo),
wiksborstel:
wiksb(a)ors(t)el (L216p Oirlo, ...
L216p Oirlo)
|
borstel; inventarisatie benamingen; betekenis/uitspraak [N 20 (zj)] || schoenborstel
III-1-3, III-2-1
|
18303 |
schoenen (mv.) |
schoenen (mv.):
schoen (L216p Oirlo)
|
schoenen (mv.) [SGV (1914)]
III-1-3
|