e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q033p plaats=Oirsbeek

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
toonbank toog: toog (Oirsbeek), toonbank: tôônbank (Oirsbeek) de winkeltafel waarop de waren worden getoond of gelegd [toog, toonbank, gaam, bank] [N 89 (1982)] || toonbank [SGV (1914)] III-3-1
tootbeslag brakkenbeslag: brakǝbǝšlāx (Oirsbeek) Het metalen beslag dat aan de achterkant van de kar ter bescherming om de uitstekende delen van de berries (bij de hoogkar) of bakbomen (bij de slagkar) wordt aangebracht. Zie ook het lemma ɛtootɛ in wld I.13, pag. 41.' [N G, 59b] II-12
torenvalk torenvalk: toerevalk (Oirsbeek, ... ) torenvalk || valk: torenvalk (34 bekende vogel met spitse vleugels; vliegt vrij langzaam; hangt vaak stil in de lucht en laat zich dan vallen om een muis o.i.d. te vangen; broedt in boomnest of in torens [N 09 (1961)] III-4-1
tornen losmaken: losmākǝ (Oirsbeek) De naad of steken losmaken en uithalen. [N 62, 22; A 4, 27b; L 20, 27b; Gi 1.IV, 20; MW; S 38] II-7
torpedo torpedo: torpedo (Oirsbeek  [(Emma)]   [Emma, Hendrik, Wilhelmina]) Het gewicht dat, nadat de remschijftransporteur is verplaatst, door de leidpijp naar beneden wordt gelaten. Wanneer de torpedo beneden is aangekomen, wordt de transportketting eraan vastgemaakt en het geheel kan dan door de machine naar boven worden getrokken. [N 95, 666] II-5
tortelduif tortelduifje: toĕrteldoefke (Oirsbeek) tortel (28 bekende zomervogel; slank en lichtbruin; nestje meestal in hoge struiken; roep [toerrrrr, toerrrrr] [N 09 (1961)] III-4-1
traag langzaam: langsem (Oirsbeek), traag: traog (Oirsbeek), troag (Oirsbeek) niet snel reagerend; langzaam in het handelen [traag, lui] [N 85 (1981)] || traag [SGV (1914)] III-1-4
traag praten zeveren: zeeverə (Oirsbeek) traag praten [lijzen, zemelen] [N 87 (1981)] III-3-1
tractor tractor (eng.): traktor (Oirsbeek) een bestuurbaar voertuig op 3 of meer wielen, voortbewogen door een zich daarin bevindende motor, meestal gedreven door benzine [auto, wagen, kar, tuffer] [N 90 (1982)] III-3-1
trage vrouw schroet: sjroet (Oirsbeek) een domme trage vrouw [sarut, sara] [N 85 (1981)] III-1-4