e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Oostham

Overzicht

Gevonden: 2157
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
grootmoeder grootmoe: grətmoe (Oostham) grootmoeder [ZND 35 (1941)] III-2-2
grootte grootte: greutte (Oostham) grootte [ZND 01 (1922)] III-4-4
grootvader grootvad: grotvad (Oostham) grootvader [ZND 35 (1941)] III-2-2
grote boerderij geleg: gǝlēf (Oostham), hoeve: hūf (Oostham), winning: weneŋ (Oostham) Als grootte-aanduiding geven de informanten doorgaans "minstens 10 hectare" op; soms noemt men ook de maximum-grootte erbij, bijvoorbeeld: "van 20 tot 40 ha". Het aantal paarden is vaak ook criterium om van een "groot bedrijf" te spreken, bijvoorbeeld "boerenhof met paarden" (L 213). In het Leuvens materiaal, lijst 35, vraag 59 is gevraagd naar geleg of geleeg, met de betekenis "boerderij met grote landerijen". Naast specifieke termen vindt men tussen de opgaven ook enige omschrijvingen, vooral met behulp van het bijvoeglijk naamwoord groot. Voor de fonetische documentatie van het type boerderij, zie het lemma "boerderij, algemeen" (1.1.1). [A 10, 2c en 3a; L 22, 1a; L 35, 59; monogr.; add. uit L 38, 22] I-6
grove stem grove stem: eͅn grōvö steͅm (Oostham) grove stem [ZND 24 (1937)] III-3-1
guit, schalk poetsenbakker: putsëbakkeͅr (Oostham) guit (grappenmaker) [ZND 01 (1922)] III-1-4
gulden gulden: gulden (Oostham) gulden [ZND 35 (1941)] III-3-1
gulden mis gulden mis: de gulde mis (Oostham) Gulden mis (op Quatertemper woensdag in de advent). [ZND 35 (1941)] III-3-3
guur, kil en schraal weer killig (weer): kellig (Oostham), keͅllig wēr (Oostham), koel (weer): kuul (Oostham), kuul weər (Oostham), koud (weer): ka (Oostham), ka weər (Oostham) kil [ZND 27 (1938)] || kil weer [ZND 27 (1938)] III-4-4
haag haag: hǭx (Oostham) Omheining van levend hout ter afpaling van een erf of een stuk land. Men kent verschillende soorten hagen onder andere beukenhaag, elzenhaag, ligusterhaag, meidoornhaag, taxushaag en vlierhaag. [N 14, 62; RND 20; Wi 9; S 13, add.; Vld.; A 25, 4a; L 1a-m; L B2, 279; JG 1b, add.; L 32, 45; monogr.] I-8