e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Oostham

Overzicht

Gevonden: 2157
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
ingezouten gezouten: gǝzātǝn (Oostham), ingezouten: engǝzātǝ (Oostham) Dit lemma sluit volledig aan bij het lemma ''het vlees conserveren''. In de Leuvense vragenlijsten 1a-m en 27 werd naar het begrip "ingezouten" gevraagd. Deze twee vragen worden hier als apart lemma gehonoreerd. [L 1a-m; L 27, 40; Veldeke 22, 67] II-1
ingooien (in een kuiltje) ingooien: egoi̯ǝn (Oostham) [N 12, 11; JG 1a, 1b; monogr.; add. uit N 12, 14 en 15] I-5
inhalen voorsteken: vø̄rstēʔǝn (Oostham) Gaan twee karren achter elkaar en gaat de laatste vlugger vooruit dan de eerste, dan zal ze haar voorganger inhalen. [JG 1a, 1b] I-10
inkappen, eerste slagen maken met de zicht inkappen: ekapǝ(n) (Oostham) De eerste slagen met de zicht maken in een aan te maaien akker en tevens het uitvoeren van de "eerste fase" van de zichtbehandeling; zie de algemene toelichting van deze paragraaf. De terminologie wordt soms ook gebruikt voor het maken van de eerste gang voor de maaimachine; dit wordt uitdrukkelijk vermeld in K 316, L 270, 294, 320c, 355, 360, 372, 419, 420, 432, P 186, Q 99*, 121c, 197, 197a. Voor de fonetische documentatie van het woorddeel [maaien], zie het lemma ''maaien'' (3.1.1) en de klankkaart (kaart 7) in aflevering I.3. [N 15, 16j; JG 1a, 1b, 1c, 1d, 2c; A 23, 16.2; L 48, 32.2; Lu 1, 16.1a; monogr.; add. uit N 15, 16f] I-4
inkuilen graven: grūvǝ (Oostham) De aardappelen worden met de slagkar van het veld naar de boerderij vervoerd en daar op een droge plaats voorlopig opgeslagen om uit te wasemen. Vroeger gebeurde dit in de kelder onder de bakoven (zie aflevering I.6 over de bedrijfsgebouwen van de boerderij). Tegen de winter worden de aardappelen ingekuild, dat wil zeggen in een aardappelkuil of -groeve gestort. De algemene benamingen voor deze handeling staan in dit lemma bijeen. Zie verder het lemma Aardappelkuil, -Groef. [N 12, 28; JG 1a, 1b; S 16; monogr.; add. uit N 12, 29; L 1, a-m; S 19] I-5
inleggen (in een voor) zetten: zętǝ (Oostham) Voor de fonetische documentatie van de typen poten en planten zie het lemma Poten; het verspreidingsgebied van zetten in dit lemma komt niet overeen met dat in het lemma Poten; het type is hier dan ook gedocumenteerd. [N 12, 11; JG 1a, 1b; monogr.] I-5
innemen smaller maken: smaller maken (Oostham) Door het innaaien van zomen of plooien het kledingstuk nauwer maken. [N 62, 23a; MW] II-7
inzouten zouten: zātən (Oostham) zouten [ZND 08 (1925)] III-2-3
jak jak: jak (Oostham, ... ) jak (kort vrouwenkledingstuk) [ZND 27 (1938)] III-1-3
jaloers jaloers: ook materiaal znd 27, 44  zjalaus (Oostham), zjölūs (Oostham) jaloers [ZND 01 (1922)] III-1-4