e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Oostrum

Overzicht

Gevonden: 1901
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
zilveruitje sint-janslookje: Sint Janslökske (Oostrum), sint-jânslökse (Oostrum) [DC 13 (1945)]zilveruitje I-7
zingen sjielpen: sjiel(e)pe (Oostrum) sjilpen III-4-1
zitbank bank: baank (Oostrum), van de vurste baank ziede \'t uurst bij \'t bord: wie dicht bij een voordeel zit, profiteert het meest  baank (Oostrum) bank || zitmeubel III-2-1
zoethout zoethout: zuūthaolt (Oostrum) zoethout III-2-3
zoetvijl, fijne vijl zoetvijl: zūt˲vīl (Oostrum) Vijl met een fijn bekapt blad. Doorgaans heeft het blad van een zoetvijl ongeveer 60 tanden per inch (Handboek Gereedschap, pag. 238). De zoetvijl wordt gebruikt voor harde metalen en voor het afwerken en, aldus de invuller uit P 219, het polijsten of polieren van metalen. Het blad van de vijl kan verschillende vormen hebben. [N 33, 90; N 64, 53b-c] II-11
zolder hort: Allé de hort òp  hort (Oostrum), zolder: De koew stòt òp zaolder: de koe geft geen melk meer Enne zaolder ien de bòks hebbe: een laag kruis in de broek hebben  zaolder (Oostrum) zolder III-2-1
zolen onder de klomp slaan klompen hogen: klōmpǝ hȳǝgǝ (Oostrum) De zool van de klomp van zoolbeslag voorzien om de levensduur van de klomp te verlengen. Zie ook het volgende lemma. In Venray (L 210) werden ook klompen die deels al een versleten loopvlak hadden van oude stukken leer of rubber voorzien. [N 24, 71, add.; monogr.] II-12
zonnebloempit zonnekeern: zònnekaer (Oostrum) zonnepit III-2-1
zonx blik: Vb. wat stöt dn bliek wer hoeëg vandaag! (wat is het vandaag weer heet!).  bliek (Oostrum) zon III-4-4
zoolbeslag hoogsel: hø̜xsǝl (Oostrum) Stuk leer, rubber of hout dat onder de zool van de klomp wordt aangebracht. [N 24, 71; monogr.] II-12