e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Oostrum

Overzicht

Gevonden: 1901
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
heerbroer heerbroer: hieërbruūr (Oostrum) heerbroer III-2-2
heermoes kattenstaart: kattestárt (Oostrum) paardestaart, onkruid III-4-3
heerneef heerneef: hieërnaef (Oostrum) heerneef III-2-2
heeroom heeroom: hieëroeëme (Oostrum) heeroom III-2-2
heerzoon heerzoon: hieërzoeën (Oostrum) heerzoon III-2-2
heggenmus blauwmannetje: blauwmenneke (Oostrum), blauwpietje: prunella modularis  blaowpietje (Oostrum), schrijver: prunella modularis; ook wel: bastaard nachtegaal  schriēver (Oostrum) heggemus || Hoe heet de heggemusch? [DC 06 (1938)] III-4-1
heggenschaar heggenschaar: heggeschieër (Oostrum) hegschaar III-2-1
heibezem heibezem: haejbessem (Oostrum) straatbezem gemaakt van de takken van de heidestruik III-2-1
heiblok heiblok: hęjblǫk (Oostrum) Zwaar houten blok waaraan verschillende handvatten zijn bevestigd. Het heiblok wordt bij het aanleggen van een pomp gebruikt bij het in de grond slaan van buizen. Zie ook afb. 245 en het lemma ɛhandheiɛ in WLD deel II.9, pag. 53. Het betreft daar een vergelijkbaar werktuig voor het heien van funderingspalen. Het woordtype heiblok op drie-/drijpoot is van toepassing op een trekhei, een heistelling in de vorm van een driepoot waaraan een katrol is gemonteerd. Over de schijf loopt een dik touw waar aan één uiteinde het heiblok is vastgemaakt. Het toestel wordt door spierkracht of met behulp van een stoommachine, een elektromotor of een verbrandingsmotor aangedreven. In de laatste drie gevallen wordt daarbij gebruik gemaakt van een liertoestel. Zie ook het lemma ɛtrekheiɛ in WLD deel II.9, pag. 54. In P 219 werden de buizen met behulp van een voorhamer (v0rhqm9r) in de grond gedreven.' [N 33, 336] II-11
helemaal, geheel en al aalling: álleng (Oostrum), gaar: Opm. alleen in verbinding met: nie/niks. Vb. ik doej t gaar nie gaer, went t is gaar niks werd.  gaar (Oostrum), gaaruit: gaaruut (Oostrum), gans: gâns (Oostrum), gelijk: Vb. de körf zit geliek vol en ge mugt m geliek mitneme!  geliek (Oostrum), helegans: Opm. dit is oud Venrays!  hieëlegâns (Oostrum), heleganselijk: hieëlegânselek (Oostrum), helemaal: hieëlemól (Oostrum), knats: (dit is een synoniem voor gâns).  knats (Oostrum), ram: (dit is een synoniem voor gâns).  rám (Oostrum), rats: (dit is een synoniem voor gâns).  rats (Oostrum), stik: (trappen van vergelijking: stikker-stikst).  stik (Oostrum), volledig: Vb. dat is völleg waor!  völleg (Oostrum) helemaal, geheel en al III-4-4