e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Opglabbeek

Overzicht

Gevonden: 5774
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
borstnet borstkleed: bǫrstklęi̯t (Opglabbeek), kleed voor de borst: klęi̯t ˲vir dǝ bǫrst (Opglabbeek) Vliegennet dat alleen voor de borst van het paard wordt gehangen. [JG 1a, 1b; N 13, 83b] I-10
borstriem borstriem: bǫrstrēm (Opglabbeek) Leren riem van het borsttuig die voor de borst van het paard zit. Zie ook opmerking onder lemma Borsttuig. [N 13, 52] I-10
borstrok onderlijf: u:nərlif (Opglabbeek) borstrok, onderkledingstuk dat over het hemd wordt gedragen [hemdrok, humperok, sjtoep, liefke, slaoplijf] [N 25 (1964)] III-1-3
borstrok (voor mannen) kamizool (<fr.): kaoməza͂ol (Opglabbeek) borstrok voor mannen [N 25 (1964)] III-1-3
borstrok (voor vrouwen) onderlijf: u:nərlif (Opglabbeek) borstrok voor vrouwen [N 25 (1964)] III-1-3
borstspeld knopspang: knupspaong (Opglabbeek) speld waarmee de slippen van de grote omslagdoek voor de borst bijeen worden gehouden [N 25 (1964)] III-1-3
borststuk van een schort borststuk: bo͂ͅrste͂ͅk (Opglabbeek) borststuk, bovenste deel, ~ van een schort [boezem] [N 24 (1964)] III-1-3
borsttuig borstgetuig: bǫrst˲gǝtīǝx (Opglabbeek), hondsgetuig: hons˲gǝtī.x (Opglabbeek) Trektuig bestaande uit een stel leren riemen, dat wel eens gebruikt wordt in plaats van een haam, als het paard aan de schouders gedrukt is (zie WLD I, afl. 9, p. 111). In een vrij groot aantal opgaven verwijst de benaming voor een deel van het borsttuig naar het geheel, bv. het woordtype borstriem. Het omgekeerde, waarbij de term voor het geheel gebruikt wordt ter aanduiding van een onderdeel ervan, komt minder vaak voor (zie lemma Borstriem). [JG 1b, 1c, 1d, 2c; N 13, 51] I-10
borstvliesontsteking fleuris: flééres (Opglabbeek) Pleuris: ontsteking van het borstvlies dat om de longen zit en de binnenkant van de borstkas bekleedt; pleuritis (pleuris, fleuris, floris). [N 84 (1981)] III-1-2
borstzak(je) borstzakje: borstzakje (Opglabbeek), maaltje: mēͅlkə (Opglabbeek) de buitenzak ter hoogte van de borst [N 59 (1973)] || pochetzakje, borstzak [N 23 (1964)] III-1-3