| 26650 |
vat |
vat:
vā.t (Q010p Opgrimbie
[(20 kg)]
)
|
Graanmaat. Naar gelang de streek kan de inhoud van een vat verschillen. Voor zover door de invullers opgegeven, is achter het plaatscodenummer tussen ronde haken het aantal kiloɛs vermeld.' [JG 1b; JG 1c; JG 2c; Jan 141; Coe 263; Grof 288; monogr.]
II-3
|
| 32342 |
vat, ton |
vat:
vāt (Q010p Opgrimbie)
|
Een vat of ton is uit houten duigen en twee bodems samengesteld en wordt met behulp van houten of metalen banden bijeen gehouden. Het middendeel ervan, de buik, heeft de grootste omvang. Vanuit het midden loopt het vat naar het boven- en ondereinde smaller toe. [N E, L; L 21, 40; monogr.]
II-12
|
| 34466 |
vechthaan |
vechthaan:
vɛgān (Q010p Opgrimbie)
|
Haan in de regel van een bijzonder ras, die afgericht wordt voor hanengevechten. Hanengevechten zijn een Haspengouwse specialiteit. [JG 1a, 1b, 1c, 2c; monogr.]
I-12
|
| 34270 |
veearts |
meester:
męi.stǝr (Q010p Opgrimbie),
veearts:
vēarts (Q010p Opgrimbie)
|
[JG 1a, 1b; Vld.; monogr.]
I-11
|
| 20503 |
veel drinken |
zuipen:
zupə (Q010p Opgrimbie)
|
zuipen (overmatig drinken) [ZND 08 (1925)]
III-2-3
|
| 34267 |
veestapel |
vee:
viǝ (Q010p Opgrimbie)
|
Al het vee dat op een boerenbedrijf aanwezig is. Vergelijk het lemma ''vee'' (13.11) in deze aflevering. [JG 1a, 1b]
I-11
|
| 34282 |
veevoer verzamelen |
kruiden:
krūi̯.ǝ (Q010p Opgrimbie),
krūi̯ǝ (Q010p Opgrimbie)
|
Het plakken, trekken, steken of snijden van veevoer. Veevoer kan bestaan uit groenvoer, rapen, gras of gewassen als lupinen en serradella. Het verzamelen van veevoer kan dus bestaan uit verschillende handelingen. Object als "groenvoer", "konijnenvoer", "gras" e.a. zijn niet gedocumenteerd. Zie ook het lemma ''knollen uittrekken'' (2.2.6) in aflevering wld I.5. [N Q, 11c; JG 1a, 1b, 1c, 2c; L 36, 65; monogr.]
I-11
|
| 19431 |
vegen, keren |
keren:
kēͅrə (Q010p Opgrimbie)
|
de vloer vegen, keren (zonder water) [ZND 34 (1940)]
III-2-1
|
| 34244 |
vel op gekookte melk |
vel:
vɛ̄l (Q010p Opgrimbie)
|
Het vlies dat ontstaat bij afkoeling van gekookte melk. [N 6, 16; L 6, 16; L 14, 23; A 39, 7b]
I-11
|
| 20943 |
vel op melk |
vel:
ook mat. van ZND 14, vr. 23
vɛ.l (Q010p Opgrimbie)
|
velletje op melk [ZND 06 (1924)]
III-2-3
|