17597 |
wenkbrauw |
oogsbrauw:
oͅugsbrōjə (Q010p Opgrimbie)
|
dikke wenkbrauwen (haarbogen op het voorhoofd) [ZND 34 (1940)]
III-1-1
|
32633 |
wentelploeg |
franse ploeg:
fra.nsǝ [ploeg] (Q010p Opgrimbie),
melotteploeg:
mǝlǫt[ploeg] (Q010p Opgrimbie)
|
Een wentelploeg is een karploeg met tenminste twee ploeglichamen, die - boven elkaar aan de ploegboom bevestigd - elkaars spiegelbeeld vormen en bij het keren samen met de ploegboom 180° worden gedraaid. Aan de boom van zulk een ploeg zitten gewoonlijk ook twee kouters en twee voorscharen. Vroeger kon de wentelploeg ook een voet- of radploeg zijn. Omdat de ploegboom van een dergelijke ploeg niet in zijn geheel gedraaid kon worden, was het dubbele ploeglichaam draaibaar bevestigd aan het achterstuk van de ploegboom. Dit type wentelploeg heet achterwentelaar of staartwentelaar. Een voet- of radploeg met een ploeglichaam dat onder de ploegboom door gewenteld kan worden, wordt wel onderwentelaar genoemd. [JG 1b + 1b; JG 2a-1, 6 ; JG 2b-4, 1; N 11, 30; N 11A, 71 + 72 + 73; N J, 10 add.; N 27, 14 + 15 add.; A 27, 24 add.; monogr.]
I-1
|
21484 |
werk (zn.) |
werk:
waerk (Q010p Opgrimbie)
|
Eerst uw werk afmaken! [ZND 23 (1937)]
III-3-1
|
18115 |
werkblaar |
pitsblaar:
pitchblaor (Q010p Opgrimbie)
|
een blaar in de handen door het vasthouden van een werktuig, bv. een hamer [ZND 32 (1939)]
III-1-2
|
18280 |
werkdaagse hoed |
`s werkdaagse hoed:
swaerdəsə(n) (Q010p Opgrimbie)
|
mijn werkdaagse hoed [ZND 08 (1925)]
III-1-3
|
21486 |
werkdag |
werkdag:
swaerdəsə(n) (Q010p Opgrimbie)
|
mijn werkdaagse hoed [ZND 08 (1925)]
III-3-1
|
21604 |
werkdag, weekdag |
werkdag:
waerdəx (Q010p Opgrimbie),
wɛerdəx (Q010p Opgrimbie)
|
werkdag [ZND 08 (1925)]
III-3-1
|
18915 |
werklustig |
vol moed:
vol mōd (Q010p Opgrimbie)
|
hoe drukt ge uit in uw dialect: hij is moedig aan het werk, hij is niet bang voor zijn moeite. [ZND 39 (1942)]
III-1-4
|
24330 |
werpen van jongen |
jongelen:
joŋələ (Q010p Opgrimbie)
|
jongen (ww), werpen [ZND m]
III-4-2
|
24399 |
wesp |
wesp:
wesp (Q010p Opgrimbie)
|
wesp [ZND 27 (1938)]
III-4-2
|