e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Opheers

Overzicht

Gevonden: 2005
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
hoge klomp? slachtersklonk: slaXtərsklūŋk (Opheers) klomp met hoge huif, hoge klomp, zonder riem gedragen [N 24 (1964)] III-1-3
hoge pet met opstaand bovenstuk hoge kepie: `hə.ugə kəpi (Opheers), hoge zijden: howg zēͅjə (Opheers) pet met opstaand cylindervormig bovenstuk: het hoge model {afb} [hoge zeje] [N 25 (1964)] III-1-3
hoge rijgschoen bottine: botinə (Opheers) rijgschoenen, hoge ~ voor dames [petiens, bottines] [N 24 (1964)] III-1-3
hoge schoen met elastieken tussenstukken pastoorschoen: pəstōwərskūən (Opheers) schoenen, hoge ~ met elastieken tussenstukken in de schacht [boddekeens] [N 24 (1964)] III-1-3
hoge waterdichte schoen sneeuwschoen: snōskūən (Opheers) schoenen, hoge waterdichte ~ met waterkap [snöwschoen, tongschoen] [N 24 (1964)] III-1-3
hok opbinden muilbanden: mǭlbęi̯ŋǝ (Opheers) Het leggen van een band om de koppen van de schoven als deze in een hok bijeengezet worden. Het voorwerp van het werkwoord is steeds "hok, stuik". De volgorde van de varianten van het type binden is zoals in het lemma ''schoven binden'' (4.6.2). [N 15, 33; monogr.] I-4
honderd frank stuk van honderd frank: ps. omgespeld volgens Frings, alleen het "alfa-tekentje"omgespeld volgens Grootaers.  ə støk vàn 100 fraŋ (Opheers) 100 franc, een ~ (wit metaal) [N 21 (1963)] III-3-1
honger hebben honger hebben: huŋər əbə (Opheers), ək əp hüŋər (Opheers) honger hebben [schrok hebbe] [N 10 (1961)] || hongerig [greeg] [N 10 (1961)] III-2-3
hoofd kop: kop (Opheers) hoofd [N 10b (1961)] III-1-1
hoofd (spotnamen) donder: B.v. ge gaat het op uw donder krijgen.  doͅndər (Opheers), tets: (tjes)  t`eͅs (Opheers) [N 10 (1961)] III-1-1