17895 |
duwen |
duwen:
daouə (L371p Ophoven)
|
duwen [RND]
III-1-2
|
23229 |
dwaallicht |
dwaallichtje:
dwaalleechtje (L371p Ophoven)
|
Dwaallicht (vlammetje boven een moeras, Fr. feu follet). [ZND 05 (1924)]
III-3-3
|
21732 |
dwangbuis |
dwangbuis:
dwangbuus (L371p Ophoven)
|
een op de rug sluitend jasje met lange mouwen om in razernij verkerende krankzin-nigen het gebruik van hun armen te ontnemen [dwangbuis, zotkapootje] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
23356 |
dwarsbeuk |
dwarsbeuk:
dweesbeuk (L371p Ophoven)
|
Het dwarsschip, de dwarsbeuk van een kruiskerk [transept?]. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
19330 |
dwarsdrijven |
anders willen:
hè wiltj altied anges (L371p Ophoven),
wars zijn:
hij is altiet wyrs (L371p Ophoven)
|
Hij moet altijd dwarsdrijven (anders willen zijn dan anderen). [ZND 23 (1937)]
III-1-4
|
19345 |
dwarsdrijver |
dwarsligger:
dweersligger (L371p Ophoven, ...
L371p Ophoven)
|
iemand die zonder goede reden altijd tegen spreekt; die altijd anders wil dan de meerderheid [dwarserik] [N 85 (1981)] || zich niet schikken, weerbarstig [dwars, nippig, contrare] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
18802 |
dwaze streek |
gekke streek:
gekkestreek (L371p Ophoven)
|
een dwaze streek [woei] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
19657 |
dweilen |
dweilen:
dweilen (L371p Ophoven)
|
Hoe noemt u het schoonmaken van stenen of houten vloeren, van stoepen enz. met behulp van water en een grove doek? [N105 (2000)]
III-2-1
|
19260 |
dwingen |
dwingen:
dwingen (L371p Ophoven)
|
het iemand onmogelijk maken anders dan op een bepaalde wijze te handelen [dwingen, nopen] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
18405 |
eau de cologne |
eau de cologne (fr.):
eau de cologne (L371p Ophoven, ...
L371p Ophoven)
|
Eau de cologne. Reukwater, eau de cologne [lodderijn] [N 114 (2002)] || reukwater, eau de cologne [lodderijn] [N 86 (1981)]
III-1-3
|