e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Ophoven

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
naaste naaste: naoste (Ophoven) Je/uw naaste, evennaaste, evenmens [naoste, nôste, èèvemins]. [N 96D (1989)] III-3-3
nabidden nabeden: naobeejen (Ophoven) Nabidden, d.w.z. antwoorden bij het bidden, de tweede helft van een gebed bidden. [N 96B (1989)] III-3-3
nabootsen na-apen: nao apen (Ophoven) iemands stemgeluid imiteren [nabootsen, papegaaien] [N 87 (1981)] III-3-1
nachthemd nachthemd: naghømə (Ophoven) nachthemd [N 25 (1964)] III-1-3
nachtjapon pon: pon (Ophoven) nachtjapon [nachtpon, bedjak, nachtjak, jak] [N 25 (1964)] III-1-3
nachtkleren nachtkleren: nagklēͅ`ər (Ophoven) nachtkleding in het algemeen [t naachtdinge] [N 25 (1964)] III-1-3
nachtmis nachtmis: nachtmès (Ophoven) De mis die snachts wordt gedaan, nachtmis. [N 96C (1989)] III-3-3
nadeel schade: schaai (Ophoven) het nadeel dat voor iemand uit een gebeurtenis of handeling voortvloeit [schade, schaai, scha, nadeel] [N 85 (1981)] III-1-4
nageboorte nageboorte: nâgeboorte (Ophoven) menselijke nageboorte [N 10C (zj)] III-2-2
nageboorte van de koe rein: rē̜i̯n (Ophoven), ręi̯n (Ophoven) [N 3A, 57a; JG 1a, 1b; A 33, 19b; monogr.] I-11