18250 |
das, sjaal |
sjerp:
šeͅrəp (L371p Ophoven)
|
das, sjaal, om de hals gedragen [das, polderdas, sjerp, kazzenij] [N 23 (1964)]
III-1-3
|
18592 |
dasspeld |
dasspang:
da.spa.ŋ (L371p Ophoven)
|
dasspeld [dasspang] [N 23 (1964)]
III-1-3
|
25117 |
dauw |
domp:
domp
domp (L371p Ophoven)
|
dauw die s morgens over de velden hangt [doom, domp, mok] [N 22 (1963)]
III-4-4
|
33519 |
dauw op vruchten |
dauw:
WBD/WLD
dauw (L371p Ophoven)
|
Het tijdens de rijping op druiven, pruimen, appelen, etc. ontstane laagje dat de glans verdoft en aan de vruchten een frisse aanblik geeft (dauw, loom, dons, was). [N 82 (1981)]
I-7
|
23992 |
de absolutie geven |
absolutie (<fr.) geven:
absolutie gève (L371p Ophoven)
|
De absolutie geven [absolvere]. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
23256 |
de avond luiden |
de avondklok luiden:
aovendklok (L371p Ophoven)
|
Het angelus luiden aan het begin van de avond [het luidt......?] [de koster luidt......?]. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
18898 |
de baas spelen |
baas spelen:
baas speulen (L371p Ophoven),
beheren:
beheren (L371p Ophoven)
|
de baas spelen, het voor het zeggen willen hebben [oversukkelen] [N 85 (1981)] || de verantwoording hebben over een zaak of instelling [beheren, regeren] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
26388 |
de beek vegen |
vegen:
vę̄.gǝ (L371p Ophoven)
|
De bedding en de oevers van de beek van aangespoelde modder, waterplanten etc. ontdoen. Vroeger werden deze werkzaamheden van overheidswege gecontroleerd. Het vegen gebeurde met verschillende werktuigen, bijvoorbeeld een schoep (P 120, P 176, P 177a, P 184, P 187, P 188, P 195, Q 78, Q 159, Q 160, Q 160a, Q 162, Q 164, Q 180, Q 240, Q 241), een schup (P 176, Q 164), een mesthaak (Q 78, Q 188), een haak (Q 88), een zeis (P 187, Q 181), een halve maan (Q 159), een slootmes (P 187, Q 160a) en een sloothaak (Q 160a). In Q 162 werd de beek de laatste jaren schoongemaakt door speciale diensten. Volgens de zegsman gebruikte men daarvoor een grue, een baggertoestel. Het woordtype maaien (P 119) gaat terug op het feit dat het wegmaaien van de waterplanten één van de werkzaamheden van het vegen van de beek was. [Jan 94; Coe 75; Grof 45]
II-3
|
23888 |
de catechismusles bijwonen |
volgen:
volge (L371p Ophoven)
|
De katechismusles bijwonen. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
23892 |
de catechismusles verzuimen |
verzuimen:
verzoeme (L371p Ophoven)
|
De katechismusles verzuimen. [N 96D (1989)]
III-3-3
|