e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Opoeteren

Overzicht

Gevonden: 3008
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
gerookt spek gerookt spek: inz. voor vleeswaren gereikte sjònk gereikt spek  gereikt spek (Opoeteren) gerookt III-2-3
gerst gerst: garst (Opoeteren) Hordeum L. De gerstteelt was in Belgisch Limburg betrekkelijk zeldzaam. Bij zomergerst wordt aangetekend: vooral bestemd voor de brouwerij; bij wintergerst: vooral bestemd als veevoer. Volgorde varianten van gerst: 1. met "rst" in de auslautgroep; 2. met "st"; 3. met "rs"; en 4: met alleen "s" in de auslautgroep; zie de eerste klankkaart [kaart 6]; in de tweede klankkaart [kaart 7] is de geografische verspreiding van het vocalisme weergegeven. Zie afbeelding 1, d. [JG 1a, 1b; L A1, 127; L 1 a-m; L 24, 6a; L lijst graangewassen, 2; R 3, 24; S 10; Wi 53; monogr.] I-4
gerstebier gerstebier: garstebeeer (Opoeteren) gerstenbier [ZND 24 (1937)] III-2-3
geschiedenis get: get vertellen (Opoeteren), iet: eət vertellen (Opoeteren) Een geschiedenis vertellen [ZND 24 1937)] III-3-1
gesneden mannelijk schaap hamel: hā.mǝl (Opoeteren) [N 19, 65a; JG 1a, 1b, 1c, 2c; AGV m 3; A 2, 46; A 4, 22a; R 3, 24; N 77, add.; L 39, 44; L 20, 22a; L 5, 30b; Wi 12; monogr.] I-12
gesneden mannelijk varken berg: bɛ.rǝx (Opoeteren), bɛrx (Opoeteren) Het WNT (II, 1 blz. 1872 s.v. berg (II)) geeft de volgende definitie van berg: "Hetzelfde als Barg (I), inzonderheid toegepast op de mannelijke biggen die, ongeveer drie weken oud, zijn gesneden". [N 19, 8; A 4, 4b; A 4, 4a; L 20, 4b; L 37, 49e; JG 1a, 1b, 2c; S 39; N C, add.; monogr.; N E 1, 12] I-12
gestichte mis gestichte mis: gestichte mes (Opoeteren) Een gestichte H. Mis. [N 96B (1989)] III-3-3
getob; tobben gekloot: ook materiaal znd 23, 78: "Wanneer iets na lang proberen maar niet wil lukken zegt men: wat een ....., gesukkel  gekloeet (Opoeteren), gemartel: ook materiaal znd 23, 78: "Wanneer iets na lang proberen maar niet wil lukken zegt men: wat een ....., gesukkel  gemartel (Opoeteren), gesukkel: ook materiaal znd 23, 78: "Wanneer iets na lang proberen maar niet wil lukken zegt men: wat een ....., gesukkel  gesiggel (Opoeteren) gemartel [ZND 01 (1922)] III-1-4
getrouwde vrouw getrouwde vrouw: gətraowdjə vraow (Opoeteren) getrouwde vrouw; een - - moet kunnen naaien [RND] III-2-2
getuigen tuigen: tiegen (Opoeteren) getuigen [ZND 24 (1937)] III-3-1