e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Ospel

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
vergiet doorslag: doorslaag (Ospel), dō.rslāx (Ospel), zie tekening  doorslaag (Ospel) vergiet || Vergiet. Hoe noemt men de van gaten voorziene schotel (gemaakt van aardewerk, email of blik), die wordt gebruikt om b.v. gewassen groente te laten uitdruipen? [DC 14 (1946)] || zeef; inventarisatie soorten en gebruiksmogelijkheden; betekenis/uitspraak [N 20 (zj)] III-2-1
verhuizen verhuizen: vərhūzə (Ospel), vertrekken: vertraike (Ospel), vərtreͅkə (Ospel), vertuieren: vərtøi̯ərə (Ospel) Van woning veranderen (verhuizen, overhuizen, overtrekken) [N 79 (1979)] || verhuizen III-2-1
verkeerd liggen gedraaid liggen: gedraaid liggen (Ospel) Verkeerd liggen in de baarmoeder door een slag in de baarmoederhals, gezegd van het kalf. [N 3A, 49] I-11
verkering kennis: kinnes (Ospel), sjans: sjâns (Ospel) kans, kontakt met een meisje || verkering III-2-2
verkering hebben aan zijn: aan’zeen (Ospel), vrijen: vrēi̯ə (Ospel), vri-jje (Ospel) verkering hebben || vrijen [DC 38 (1964)] III-2-2
verkouden verkoud: ich bin verkoutj (Ospel), licht verkoutj (Ospel), zwour verkoutj (Ospel) Lichte verkoudheid. Gebruikt men afzonderlijke benamingen voor een zware en lichte verkoudheid [DC 27 (1955)] || Verkoudheid. Op welke wijze wordt dit gewoonlijk uitgedrukt? B.v. Ik ben ~ [DC 27 (1955)] || Zware verkoudheid. Gebruikt men afzonderlijke benamingen voor een zware en lichte verkoudheid [DC 27 (1955)] III-1-2
verlegen (zijn) verlegen: verlaege (Ospel) verlegen III-1-4
verliezen verliezen: verleeze (Ospel, ... ) verliezen [DC 38 (1964)] III-3-1, III-3-2
verlopen niks in kunnen krijgen: neks en kǫnǝ krīgǝ (Ospel), verlopen: (de koe heeft) vǝrlǫu̯pǝ (Ospel) Na korte tijd van dracht een misgeboorte hebben, gezegd van de koe. [N 3A, 39a] I-11
vermicelli vermicelle (fr.): fermesjel (Ospel) vermicelli III-2-3