e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Ottersum

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kieskauwen nirken: nirkə (Ottersum) met lange tanden eten III-2-3
kieskauwer lekmuil: lɛkmul (Ottersum), lekneus: lɛknø̄s (Ottersum), leksnuit: lɛksnyt (Ottersum), zatvreter: zat˃vrēͅtər (Ottersum) kieskeurig persoon, iemand voor wie het beste en het lekkerste nog niet genoeg is || smulpaap, verwende eter III-2-3
kieskauwerig tetserig: tɛtsərex (Ottersum) kieskeurig wat eten betreft III-2-3
kieskeurig kommerlijk: Hïj is enne kummeleken èèter  kummelek (Ottersum), zie kummelek ook lastig dreinend  kuumelek (Ottersum) kieskeurig III-1-4
kievit kievit: kiewiet (Ottersum) kievit (31 ronde vleugels; kuifje; bekend van de eierenraperij [N 09 (1961)] III-4-1
kikker kikvors: kekfoͅrs (Ottersum) kikvors, puit [RND] III-4-2
kikkerdril kikvorsenbibber: kekfoͅrsəmbebər (Ottersum) kikkerrit [RND] III-4-2
kikkerdril (2, bewerkt) (-)bibbel, bibber: kekfoͅrsəmbebər (Ottersum) kikkerrit [RND] III-4-2
kikkers kikkers: kikkers (Ottersum) De ijzeren of houten bekjes aan de voorzijde van de roede waaraan het zeil wordt vastgemaakt. In l 381 waren de kikkers van hout omdat de molen houten roeden had. [N O, 5d; A 42A, 69; N O, 5e] II-3
kikkervisje dikkop: dikkop (Ottersum, ... ) dikkop || kikkervisje III-4-2