e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Ottersum

Overzicht

Gevonden: 4473
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
de huid doorsnijden spleten: splētǝn (Ottersum) De eerste snede in de huid maken als begin van het villen. [N 28, 40; monogr.] II-1
de huid oprollen opdraaien: ǫpdrɛjǝ (Ottersum) Na het afhuiden wordt de runderhuid opgerold of opgevouwen. Van tevoren vouwt men de huid van de poten en de kop naar binnen. Soms zout men de huid om bederf te voorkomen. [N 28, 55] II-1
de kelder uitgraven de put uitgraven: dǝ pøt˱ yt˲grāvǝ (Ottersum) De kelderruimte van het bouwwerk met behulp van de steekschop uitgraven. [N 30, 25b; monogr.] II-9
de klei laten rotten gemoeizaam maken: gǝmujzām mākǝ (Ottersum), laten besterven: lǭtǝ bǝstɛ̄rǝvǝ (Ottersum), laten rusten: lǭtǝ rø̜̜̄̄stǝ (Ottersum) Gedolven klei een aantal maanden laten liggen zodat de organische stoffen erin kunnen vergaan. In L 163 liet men de klei daartoe ook stukvriezen. [N 49, 5; N 49, 6] II-8
de laatste voor ploegen (de middenvoor) uitbouwen: yt˱bǫu̯ǝ (Ottersum), (de voor) dichtslepen: dextslę̄i̯pǝ (Ottersum), (de voor) toeslepen: tu(u̯)slę̄i̯pǝ (Ottersum), de leste voor uitbouwen: dǝ Ię̄stǝ vōr yt˱bǫu̯ǝ (Ottersum) De laatste voor van het grote middendeel van een akker die men ploegde, kan op twee manieren worden afgewerkt. Als men een greppel wil laten ontstaan in verband met de waterafvoer (op lage gronden), dan ploegt men de laatste voor iets dieper dan de overige. Wil men daarentegen geen greppel overhouden, dan ploegt men de laatste voor ondiep uit en sleept men ze vervolgens dicht. De termen die in dit lemma onder A. zijn vermeld, werden opgegeven n.a.v. de vraag naar "de diepe middenvoor afwerken". Sommige ervan lijken ook bruikbaar voor het ploegen van de laatste voor in het algemeen. De onder B. opgenomen termen betreffen het ploegen van de laatste voor aan de zijkant(en). [N 11, 62; N 11A, 119e + 121e; div.; monogr.] I-1
de maat bepalen de maat vaststellen: dǝ mǭt vāststęlǝ (Ottersum) In het algemeen de maat van een voorwerp bepalen. [N 53, 198] II-12
de merrie dekken dekken: dękǝ (Ottersum) Zie afbeelding 11. [JG 1a, 1b; N 8, 43a en 43b] I-9
de merrie is niet drachtig gust: gøst (Ottersum) [N 8, 48 en 49] I-9
de organen verwijderen prullen uithalen: prølǝ ythǭlǝ (Ottersum) Als het dier opgehangen is, snijdt de slachter de buik open, waarna hij de ingewanden verwijdert. Daarna haalt hij de organen (hart, lever e.d.) eruit. Zie ook het lemma ''ingewanden verwijderen''. [N 28, 87] II-1
de oven aansteken aanstoken: ɛnstǭkǝ (Ottersum) Het vuur in de oven aansteken. [N 49, 61a; monogr.] II-8