e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Ottersum

Overzicht

Gevonden: 4473
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
drukte, gedoe bohei (rh.): Hïj mie.k ¯n behèj toen ie ziene zin nie kreeg, nie te geleuve  behèj (Ottersum) drukte, gedoe III-1-4
drukvorm peer: pē̜r (Ottersum) Drukvorm die wordt gebruikt bij het persen van bloempotten. [N 49, 48] II-8
druppel sprinkel: spri.nkel (Ottersum) druppel, druppeltje III-4-4
dubbel gezwad dubbel gezwad: døbǝl [gezwad] (Ottersum), twee banen: twē bǭnǝ (Ottersum) De dubbele reep gras die ontstaat als men eenmaal heen maait, omdraait, en vlak daarnaast weer eenmaal terug over het veld maait, zodat er twee regels gemaaid gras tegen elkaar aan komen liggen. Zie voor de fonetische documentatie van de woorden tussen vierkante haken het lemma ''gezwad, regel gemaaid gras''. [N 14, 94] I-3
dubbel scheluwe steektrap verdreven trap: vǝrdrēvǝ trap (Ottersum) Trap waarvan de treden zowel boven als beneden scheefhoekig op de bomen liggen. De dubbel scheluwe steektrap is dus eigenlijk te beschouwen als een uit twee enkel scheluwe trappen bestaande trap. Zie ook afb. 69c. [N 55, 126] II-9
dubbele ladder dubbele leer: døbǝlǝ lēr (Ottersum) Ladder bestaande uit twee delen die aan de bovenzijde scharnierend met elkaar zijn verbonden. [N 67, 63d] II-9
dubbele pik pik: pek (Ottersum) Houwwerktuig met korte steel en twee in een punt uitlopende armen. Zie ook afb. 14b. [N 30, 19b; monogr.] II-9
dubbele toegangspoort van een gesloten erf opvaart: op˲vǭrt (Ottersum) De uit twee helften bestaande poort, die toegang geeft tot een door het woonhuis en de bedrijfsgebouwen omgeven binnenplaats. Zie ook het lemma "schuurpoort" (3.1.2). Zie voor de fonetische documentatie van het woord (poort) het lemma "poort" (4.1.1). Zie ook afbeelding 18 bij het lemma "poort" (4.1.1). [N 5A, 77b; monogr.] I-6
dubbeltje dubbeltje: döbbeltje (Ottersum) dubbeltje, een ~ [N 21 (1963)] III-3-1
duffel duffel: døfǝl (Ottersum) Dikke wollen stof met lang haardek. [N 62, 90; N 59, 201; MW] II-7