e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Overpelt

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
stelen stelen: staelen (Overpelt), steͅlen (Overpelt), e van père  stēlen (Overpelt) stelen [ZND 25 (1937)], [ZND m] III-3-1
stelmechanismen aan de ploeg regelaar: rēgǝlɛ̄r (Overpelt) Aan een ploeg zijn verschillende mechanismen of onderdelen te onderscheiden, die dienen om de diepte en breedte van de voor, alsmede de stand van de werkende delen van de ploeg te regelen. Naar de benamingen hiervoor werd niet in het hele gebied ge√Ønformeerd. Mede daarom werden de betrokken gegevens in één lemma bijeengezet. De regelende onderdelen in kwestie zijn hieronder per soort nader toegelicht. Men vergelijke het vorige lemma. [N 11, 31.IV.d; N 11, 32b; N 11A, 93b + 98a + 98d; JG 1a; monogr.] I-1
stelt stelt: stēilt (Overpelt) Stelt. [Willems (1885)] III-3-2
stengel, steel steel: stē.l (Overpelt), stengel: stęŋǝl (Overpelt) Stengel, als deel van een plant. [JG 1a, 1b; monogr.] I-4
sterke / ruwe kerel beest: de isən roͅue bijəst (Overpelt), də zən roͅuw bijəst (Overpelt) dat is een ruwe kerel [ZND 42 (1943)] III-3-1
sterx ster: steͅr (Overpelt) ster [ZND A1 (1940sq)] III-4-4
steunsels in de bovenhoeken van een poort consoles: (enk)  kǫnsōl (Overpelt) In de bovenhoeken van een poort zijn soms ook paaltjes aangebracht om het kozijn te steunen of alleen maar ter versiering. Deze paaltjes zijn lichter dan die in de benedenhoeken. Enkelvoudige opgaven benoemen een van de steunpaaltjes aan weerskanten van een opening. Zie ook afbeelding 18.b bij het lemma "poort" (4.1.1). [N 4A, 42g] I-6
stier looi: lōi̯ (Overpelt), stier: stīr (Overpelt) Mannelijk, niet gecastreerd rund. [JG 1a, 1b; A 4, 12; Gwn V, 1; L 7, 46; L 14, 14; L 20, 12; R 3, 38; S 35; Wi 14; monogr.; add. uit N 3A, 15] I-11
stijf van vingers en handen stijf: stīf (Overpelt) stijf, van vingers en handen gezegd [scheef] [N 10 (1961)] III-1-2
stijfkop ezel: ook materiaal znd 28, 31  ezel (Overpelt) koppig [ZND 01 (1922)] III-1-4