e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Paal

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
molenkap kap: kap (Paal) De algemene benaming voor het dak van een windmolen. Zie ook afb. 19. Het betreft daar de kap van een bovenkruier. [N O, 27d; N O, 49d; Sche 21; monogr.] II-3
molenkast kas: kas (Paal) De gehele, draaibare, vierhoekige romp van de standerdmolen. Zie ook afb. 6 en 14. [N O, 43a; A 42A, 93; Sche 9; monogr.; N O, 44a] II-3
molennagels gesmede nagels: gǝsmēdǝ nāgǝls (Paal) Speciaal in molens gebruikte nagels of spijkers. Zie ook het lemma ɛheknagelsɛ.' [N O, 35h] II-3
molenromp koffiepot: koffiepot (Paal) Het stenen, torenachtige bouwwerk waarop de draaibare kap van de Hollandse molen rust; ook de met riet gedekte romp. [N O, 50a; N O, 50b; Sche 22] II-3
molenstenen molenstenen: [molen]stiǝnǝ (Paal) De algemene benaming voor de stenen waarmee het graan gemalen wordt. Het woordtype kwernstenen duidt de stenen van een handmolen aan. Zie voor de fonetische documentatie van het woorddeel ømolenŋ- het lemma ɛmolenɛ.' [N O, 17a; N D, 5; Sche 46; Jan 119; Coe 96; Grof 115; monogr.] II-3
molentrap trap: trap (Paal) De trap aan de voorweeg van de standerdmolen. Zie ook afb. 21. [N O, 48f; Sche 17] II-3
molenvat meelbak: meelbak (Paal) Een vat waarmee alle meelzakken op het juiste gewicht worden gebracht. [N O, 38n] II-3
molenwagen molenwagel: mølǝwāgǝl (Paal) Vierwielige wagen met vaste voor- en zijwanden, waarvan de bak op veren rust. Het voor- en achterstel zijn met elkaar verbonden door middel van twee draagbalken. Het voorste asstel draait gemakkelijk door middel van metalen ringen die op de asbalk liggen. Deze wagen is lichter dan de langwagen, omdat de wielen lichter zijn. [N 17, 43b; N G, 51 + 71a; JG 1d] I-13
molenweg molenstraat: mø̄lǝstrāt (Paal) De weg die naar de molen leidt. Zie voor de fonetische documentatie van het woorddeel ømolenŋ- het lemma ɛmolenɛ.' [N O, 39e] II-3
molshoop in het grasland molhoop: mǫlhūǝp (Paal  [(mv mǫlhūǝpǝ)]  ), molshoop: mǫlshuǝp (Paal  [(mv mǫlshuǝpǝ)]  ) Hoopje aarde, opgeworpen door een mol. Op de cultuurgronden en ook in het weiland zijn molshopen hinderlijk voor de boer, en hij zal proberen de mollen te vangen en de molshopen in het veld te verwijderen met de sleep (zie het lemma ''slepen'' in aflevering I.1.2, p. 175-176) of met een ander werktuig (zie het volgende lemma: ''molshopen verspreiden''). De benaming van de molshoop is vaak in het meervoud opgegeven. Daarom zijn bij de onderstaande woorden overal waar in de enquêtes door de informanten ook de meervoudsvormen zijn vermeld, deze hier ook opgenomen. In enkele streken worden de molshoop en de mol door hetzelfde woord benoemd. Daarom is in deze paragraaf ook het lemma ''mol'' opgenomen. De plaatsen waar de woorden voor mol en molshoop hetzelfde zijn, zijn hieronder gekenmerkt door het teken = bij de plaatscode; ze zijn in kaart 3, Mol, genoteerd.' [N 14, 80a; N 14, 81 add.; JG 1a, 1b, 1c; A 18, 12; L 1 a-m; L 1u, 165; L B2, 212; S 24, monogr.] I-3