e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Panningen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
lidmaat, ledematen lid, leden: lee.t (Panningen), lidmaat, ledematen: léjjemaote (Panningen) ledematen, lidmaat [N 10 (1961)] III-1-1
lied, liedje liecht: līcht (Panningen), lied: leet (Panningen), liedje: leet(j)jes / e liit(j)je (Panningen) lied [GTRP (1980-1995)], [SGV (1914)] || liedje [GTRP (1980-1995)] III-3-2
liederen (mv.) liechteren: līchter (Panningen) liederen (mv.) [SGV (1914)] III-3-2
liefde liefde: līfde (Panningen) liefde [SGV (1914)] III-3-1
liegen liegen: līge (Panningen) liegen [SGV (1914)] III-3-1
lies lies: leejs (Panningen), lī:s (Panningen) lies, liezen [den dunne, lieze, lieses] [N 10 (1961)] III-1-1
lieveheersbeestje hemelmusje: hemelmeuske (Panningen) lieveheersbeestje [DC 49 (1974)] III-4-2
liggen liggen: ligge (Panningen) liggen [SGV (1914)] III-1-2
liggend dakvenster dakvenster: dā.k˲venstǝr (Panningen) Een dakvenster is een liggend raampje op het dak dat meestal geopend kan worden en dat dient ter belichting en beluchting van de zolder, ook wel als toegang tot het dak bij bijv. reparaties of om door naar buiten te kijken. Het is meestal te klein om hooi door te laten, maar grotere vensters kunnen wel daartoe dienen (zie het lemma "hooivenster", 3.4.5). [N 4A, 45c; monogr.] I-6
liggende rollaag halfsteense rollaag: halǝfštęnsǝ rǫllǭx (Panningen), kopse rollaag: kopsǝ rollǭx (Panningen) Muurafdekking in de vorm van een laag op hun kant liggende metselstenen. Woordtypen als 'halfsteens rollaag' (L 289, Q 111), 'halfsteense rollaag' (L 290, L 291, L 382, Q 99*, Q 121) en 'steensrollaag' (Q 39) verwijzen naar de hoogte van de rollaag. [N 31, 23d; monogr.] II-9