e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Peer

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
notariskosten schrijversgeld: ps. omgespeld volgens Frings.  ⁄t sxrēͅi̯vərzgeͅlt (Peer) gelden die bestemd zijn voor de notaris i.v.m. een openbare verkoping van onroerende goederen [ongelden, den bamis, onraad, herengeld?] [N 21 (1963)] III-3-1
noten afslaan afgooien: aafgooien (Peer), slaan: e van de maar dan verlengd  sle-en (Peer) noten afslaan [ZND 36 (1941)] III-2-3
noveen noveen (<lat.): noveen (Peer) Een negendaagse godsvruchtoefening, novene, noveen. [N 96B (1989)] III-3-3
o.l.v.-hemelvaart halfoogst: half ūchst (Peer), onze-lieve-vrouw-halfoogst: onze lieve vrouw half oust (Peer) Hoe heet bij u de feestdag van O.L.V.-Hemelvaart (15 augustus)? [ZND 17 (1935)] III-3-2
ochtend (vanmorgen ochtend: deze mergen (Peer, ... ), deze mèrgen (Peer), van-ne mergen (Peer), vanne merge (Peer), vanne mergen (Peer) s morgens) [ZND 39 (1942)] III-4-4
oester oester: oester (Peer) oester [Willems (1885)] III-2-3
offerande offertorium (lat.): offertorium (Peer) De offerande, het offertorium [offeróng?]. [N 96B (1989)] III-3-3
offerblok offerblok: offerblok (Peer) Het metalen (vroeger houten) kastje, aangebracht bij de kerkuitgan(en) en/of bij een heiligenbeeld, waarin men geld kan deponeren [godsblik, offerstok, offerblok, offerbus, offerkist?]. [N 96A (1989)] III-3-3
offergang offergang: offergank (Peer) De offergang, rondgang van de gelovigen rond het offerblok [offergank?]. [N 96B (1989)] III-3-3
offergeld offergeld: offergeld (Peer) Het geld dat men in het offerblok stopt [offergeld?]. [N 96A (1989)] III-3-3