e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Posterholt

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
wisselvallig weer wisselend bewolkt: weiselend bewolkt (Posterholt) nu eens regenen, dan weer helder zijn, gezegd van het weer [N 81 (1980)] III-4-4
wit stervormig vlekje op het voorhoofd kol: kǫl (Posterholt) Witte plek op het voorhoofd van donkerharige paarden, niet groot maar van verschillende vorm als rond, ovaal e.d. Een ster is iets groter dan een kol. Zie afbeelding 3. [JG 1a, 1b; N 8, 27a; S 27] I-9
wit zand, stooizand wit zand: wit zandj (Posterholt) De witte stof die vroeger op de vloer gestrooid werd (zand, wit zand) [N 79 (1979)] III-2-1
witlof witlof: WLD = witlof  witlof (Posterholt) witlof [N 92 (1982)] I-7
witte donderdag witte donderdag: witte dòònderdaag (Posterholt) De donderdag in de week vóór Pasen, Witte Donderdag [jreune dónnesjtiech]. [N 96C (1989)] III-3-3
witte kaas, wrongel fluitekaas: fluitekees (Posterholt) Smeerbare witte kaas of wrongel (fluitert, fluiterskaas?) [N 16 (1962)] III-2-3
witte klaver, steenklaver steenklee: štęi̯n[klee] (Posterholt), wilde klee: weljǝ [klee] (Posterholt) Trifolium repens L. Een 5 tot 25 cm lange plant met kruipende stengels emn witte, later bruine, bloemhoofdjes, die van mei tot de herfst bloeien. Ook witte klaver wordt vooral als veevoeder en als dekvrucht geteeld, is eerder geschikt voor weiden dan voor maaien, maar stelt lagere eisen aan de grond. Zie ook de toelichting bij het lemma Klaver, Algemeen. Zie het lemma Klaver, Algemeen voor de fonetische documentatie van de woord(delen) klaver(-) en klee(-). [N 14, 83; monogr.] I-5
witte kool kappesmoes: kappesmoos (Posterholt), WLD = witte kool  kappes-moos (Posterholt), wit moes: wit moos (Posterholt, ... ) witte kool [N 92 (1982)] || witte kool als gerecht [N Q (1966)] || witte kool, als plant of gewas [N Q (1966)] I-7, III-2-3
witte waterlelie waterlelie: -  waterlelie (Posterholt) witte waterlelie [N 37 (1971)] III-4-3
wittebrood weg: weik (Posterholt), wek (Posterholt) Kent uw dialect het woord weg of wig = een wittebrood. A.u.b. ook de dialectvorm van uw plaats opgeven en eventueel de betekenis toelichten. [N 16 (1962)] || wittebrood [SGV (1914)] III-2-3