id | Begrip | Trefwoord: dialectopgave (plaats) | Omschrijving |
---|---|---|---|
33776 | beide beenderen van de onderkaak | onderste muil: ø̄nǝštǝ mul (Q251p [Gemmenich] ) | De scha(a)r(en) of het geschaar vormen de beide takken van de onderkaak van een paard en de uitwendige holte in het achterste gedeelte daarvan. Zie afbeelding 2.11. [JG 1a, 1b; N 8, 30] I-9 |
34053 | os | os: ø̄s (Q251p [Gemmenich] ) | Gesneden mannelijk rund [N 3A, 19; JG 1a, 1b; A 3, 37; A 4, 12; L 4, 37; L 20, 12; Wi 16; monogr.] I-11 |