e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Raeren

Overzicht

Gevonden: 352

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
duwen duwen: døjə (Raeren) duwen [RND] III-1-2
een boterham smeren een boterham smeren: ən botəram šmērə (Raeren), een taart smeren: ən tāt šmērə (Raeren) smeren [RND] III-2-3
een ei ei: ē̜i̯ (Raeren), ẽ̜.i̯ (Raeren) [L 1a-m; L 3, 8; L 5, 79; L 26, 13b; L 30, 18b; L 35, 7; JG 1b; RND 123; Vld.; monogr.] I-12
eetbare paddestoel pilz (du.): eetbare --; gecombineerd met ZND 5 040  pilts (Raeren) paddestoel [ZND 15 (1930)] III-4-3
eik eik: e:š (Raeren) eik [RND] III-4-3
eikel eiker: e:šərə (Raeren) eikels [RND] III-4-3
enten griffelen: jrefələ (Raeren) [RND 08] I-7
erwt, algemeen erwt: ɛ̄ǝ.ts (Raeren) Pisum L. Hier de algemene benaming voor de erwt (enkelvoud), voorafgaand aan de benaming voor de akkererwt (lemma Kapucijner, Velderwt) en aan de andere erwtensoorten (tuinerwt, doperwt, peulerwt, enz.) die in de moestuin worden gekweekt en die derhalve in de aflevering over de moestuin ter sprake zullen komen. [N 27, 2b; JG 1a, 1b; L A1, 121; L 34, 94; Wi 8; monogr.; add. uit N P, 24] I-5
eten (ww.) eten: eͅ-i-ət (Raeren), ééjsən (Raeren) eten [RND], [ZND m] III-2-3
geld geld: jɛ.lt (Raeren) geld [RND] III-3-1