e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Reuver

Overzicht

Gevonden: 5384
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
druipen van de regen druppen: drüppen (Reuver), hè dröpte van den regen (Reuver, ... ), hè drüpt van den rēgen (Reuver, ... ) droop hij ~ van den regen [SGV (1914)] || druipen [SGV (1914)] || druipt [hij ~ van den regen] [SGV (1914)] || regen [hij droop van den ~ ] [SGV (1914)] || regen [hij druipt van den ~] [SGV (1914)] III-4-4
druiventros druiventros: droeventroes (Reuver) druiventros [SGV (1914)] I-7
druk druk: drök (Reuver) geen rust hebben [N 85 (1981)] III-1-4
druk heen en weer lopen rondpateren: rondjpatere (Reuver), rondvleugelen: rondjvleugele (Reuver) lopen: bedrijvig heen en weer lopen [rettereere, rondriddere] [N 10 (1961)] III-1-2
druk praten druk (bn.): drök (Reuver) druk praten [stemmen] [N 87 (1981)] III-3-1
drukken drukken: drukke (Reuver), duwen: dūūjə (Reuver), persen: perse (Reuver) Drukken: iets aan een wegende of stuwende kracht onderwerpen (drukken, prangelen, priegelen). [N 84 (1981)] III-1-2
drukknoop drukknoop: drø̜knø̜ǝp (Reuver) Uit twee helften bestaand knoopje dat sluit door de delen in elkaar te drukken. [N 62, 52; MW] II-7
drukte maken heibel maken: heibel make (Reuver) drukte maken, veel moeite doen meestal op luidruchtige wijze [omstand maken, spatsen maken, statie maken] [N 85 (1981)] III-1-4
drukte, gedoe drukte: dröktə (Reuver), omstand: ómstjenj (Reuver) drukte maken, veel moeite doen meestal op luidruchtige wijze [omstand maken, spatsen maken, statie maken] [N 85 (1981)] || een overvloed van bezigheden, drukte [slemeur, trubbel, navegatie, begankenis, omstand, wiet] [N 85 (1981)] III-1-4
druppel drup: dröp (Reuver), druppel: dröppel (Reuver), eine dröppel (Reuver) druppel water [dröp, dröppel] [N 07 (1961)] || een afgescheiden, min of meer bolvormig vochtdeeltje [drup, druppel, droppel, drop] [N 91 (1982)] III-4-4