24479 |
eikel |
eikel:
-
èikəls (L299p Reuver, ...
L299p Reuver)
|
eikels zoeken [DC 04 (1936)]
III-4-3
|
21755 |
eis van de aanklager |
eis:
eis (L299p Reuver)
|
de eis van de aanklager over de op te leggen straf [ticht] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
24142 |
ekster |
egerst:
aegers (L299p Reuver),
êgers (L299p Reuver),
mv.
aegers (L299p Reuver)
|
ekster [SGV (1914)]
III-4-1
|
18112 |
eksteroog |
egerstenoog:
êgerstenaug (L299p Reuver),
egerstoog:
aegersoug (L299p Reuver),
éégərsauch (L299p Reuver)
|
likdoorn, eksteroog [SGV (1914)] || Likdoorn: pijnlijke hoornachtige verharding van de opperhuid met een naar binnengekeerde punt, meestal aan de tenen (eksterenoog, weer, weeroog, likdoorn). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
25252 |
el, maat van 0,69 m |
el:
el (L299p Reuver)
|
de maat die een lengte aangeeft van 68 cm [el, mut] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
28846 |
elastiek |
elastiek:
ęlǝštik (L299p Reuver),
ɛlǝštik (L299p Reuver)
|
Band- of koordvormig stuk gummi. Elastiek komt voor als enkele draad of als gevlochten of geweven band, in verschillende breedten, en het kent vele toepassingen. [N 59, 42; N 62, 61; L 34, 86; MW; monogr.]
II-7
|
31941 |
elektrische handboormachine |
elektrische handboor:
ēlɛktrisǝ hantj˱bǭr (L299p Reuver)
|
Draagbare boormachine met min of meer de vorm van een revolver, die wordt aangedreven door een elektromotor en met twee handen wordt vastgehouden. [N 53, 177]
II-12
|
24772 |
elfenbankje |
elfenbankje:
WLD
elfəbēnkskə (L299p Reuver)
|
Elfenbankje: een veelkeuzige zwam die veel voorkomt op takken en stammen; komt vaak in groepjes voor (elfenbankje, pijpzwam, buisjeszwam). [N 92 (1982)]
III-4-3
|
18829 |
ellende (lijden) |
elend:
elenj (L299p Reuver)
|
een rampzalige, zeer beklagenswaardige toestand [ellende, miserie] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
18830 |
ellendig |
ellendig:
ellendig (L299p Reuver),
èllènjich (L299p Reuver, ...
L299p Reuver)
|
een rampzalige, zeer beklagenswaardige toestand [ellende, miserie] [N 85 (1981)] || ellende lijdend [katijvig, ellendig] [N 85 (1981)]
III-1-4
|