e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Reuver

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
wilde gans wilde gans: ein wil gans (Reuver) wilde [v] [een ~ gans] [SGV (1914)] III-4-1
wilde tijm tijm: WBD / WLD  tijm (Reuver) Tijm; de blaadjes zijn langwerpig rond en naar achteren omgekruld; wordt in de linnenkast gelegd; ook gebruikt als specerij bij kool, salade en komkommer of in soep gekookt en als geneesmiddel tegen hoest (tamoe, tamus, tijmos, tijmis). [N 82 (1981)] III-4-3
wilg (alg.) wilg: wilg (Reuver) wilg [N 38 (1971)] III-4-3
wilgenkatje katje: ketje (Reuver), ketjes (Reuver), WBD / WLD  ketjə (Reuver), kattemiesje: WBD / WLD  kattəmieskəs (Reuver), miesje: WBD / WLD  mieskə (Reuver) De aarachtige bloeiwijze van sommige bomen, katje (kat, katje, poeske, prop, stop, knop). [N 82 (1981)] III-4-3
wilgenteen tak: tak (Reuver) De tak, wijg van een wilg (wis, poot, sliet). [N 82 (1981)] III-4-3
willen willen: wille (Reuver, ... ) willen [SGV (1914)] || willen (geen context) [DC 38 (1964)] III-1-4
wimpel wimpel: wimpel (Reuver) een lange smalle vlag [wimpel, vleugel] [N 90 (1982)] III-3-1
wimper wimper: wimper (Reuver) wimper [DC 01 (1931)] III-1-1
wind scheet: sjēēt (Reuver), wind: windj (Reuver) Wind: ontsnappende darmgassen, een buikwind (scheet, veest, poepje, wind). [N 84 (1981)] III-1-1
wind (alg.) wind: windj (Reuver) wind [SGV (1914)] III-4-4