e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Reuver

Overzicht

Gevonden: 5384
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
credo credo (lat.): credo (Reuver, ... ) De gebeden of gezongen geloofsbelijdenis, het Credo. [N 96B (1989)] III-3-3
cr√äpe crêpe: crêpe (Reuver) Gekroesd, niet glanzend weefsel van linnen draden. Men mag deze stof niet of nauwelijks strijken. [N 62, 76; N 59, 201; N 62, 75c; N 62, 75d; MW; monogr.] II-7
daas (tabanidae) daas: daas (Reuver), paardsvlieg: peìresvleeg (Reuver) daas (paardenvlieg) [SGV (1914)] || Hoe noemt u de grote vlieg waarvan verschillende soorten in ons land voorkomen. De wijfjes zuigen bloed bij grote zoogdieren en mensen. De grote soorten steken pijnlijk en achtervolgen mensen en dieren met grote hardnekkigheid (daas, dazerik, dol) [N 83 (1981)] III-4-2
dadel dadel: dadel (Reuver), WBD / WLD  dadel (Reuver) De vrucht van de dadelpalm (dadel, smeerlap, vijgedaal). [N 82 (1981)] III-2-3
dagelijkse zonde dagelijkse zonde: dagelijkse zunj (Reuver) Dagelijkse zonde [leslieje zung]. [N 96D (1989)] III-3-3
dageraad aanbreken: aanbraeke (Reuver) het aanbreken van de dag [lamieren, krieken] [N 91 (1982)] III-4-4
dagmissaal dagmissaal: daagmissaal (Reuver), missaal: missaal (Reuver) Een kerkboek met misgebeden voor alle dagen van het kerkelijk jaar [dagmissaal?]. [N 96B (1989)] III-3-3
dagvaarden oproepen: oprope (Reuver) iemand laten weten dat hij voor de rechter moet verschijnen [ontbieden, pressen] [N 90 (1982)] III-3-1
dagvaarding dagvaarding: dagvaarding (Reuver) de mededeling aan een verdachte of getuige dat hij op een bepaald tijdstip voor de rechter moet verschijnen [dagvaarding, dagement] [N 90 (1982)] III-3-1
dak dak: dāk (Reuver  [(meervoud: dākǝr)]  ) Het gehele samenstel dat de bedekking vormt van een huis of gebouw. Het bestaat uit een kap die wordt afgedekt met pannen, leien, zink, ijzer, stro of riet en die rust op de muurplaat of balklaag. Men onderscheidt verschillende dakvormen. Zie ook de volgende lemmata. [S 6; L 1a-m; L 8, 66; L 12, 9; L A2, 500; N 32, 43a; monogr.; Vld.] II-9