e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Reuver

Overzicht

Gevonden: 5384
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
donderx donder: dŏnder (Reuver), hommel: hommel (Reuver, ... ), hòmmel (Reuver) donder [N 22 (1963)], [SGV (1914)] || onweer [N 22 (1963)] III-4-4
donker worden, duisteren duister worden: duuster waere (Reuver) donker worden [duisteren] [N 91 (1982)] III-4-4
donker, duisterx donker: dónkel (Reuver), duister: duuster (Reuver), schemerig: sjemerig (Reuver) donker [donkel, duuster, domp] [N 06 (1960)] || niet of weinig verlicht [donker, duister, deemster] [N 91 (1982)] III-4-4
dons, nestveren dons: dōns (Reuver) het haar van jonge vogels die nog geen veren hebben (stapveren, duivelshaar, paddehaar) [N 83 (1981)] III-4-1
dood (bn.) dood: dood (Reuver), duāt (Reuver, ... ), dūat (Reuver) dood [SGV (1914)] || dood (bijv.) [DC 03 (1934)] III-2-2
dood (zn.) dood: doe-ed (Reuver) de toestand die intreedt bij het eindigen van het leven [dood, overlijden, versterf, verscheiden, einde] [N 86 (1981)] III-2-2
doodskist doodskist: doeêdskis (Reuver, ... ), doeëdskis (Reuver, ... ) de doodskist [N 96D (1989)] || De doodskist. [N 96D (1989)] III-2-2, III-3-3
doodskleed doodskleed: doèdskleid (Reuver) bekleding van de overledene, wanneer hij in de doodkist wordt gelegd (thans inventarisatie; betekenis/uitspraak [N 23 (1964)] III-2-2
doodsklok doodsklok: doedsklok (Reuver), doeedsklok (Reuver) De klok die geluid wordt na het overlijden en/of bij de begrafenis van iemand [dôdsklok, dódsklok, dödsklok, doeëdsklok?]. [N 96A (1989)] III-3-3
doodzonde doodzonde: doeêdzunj (Reuver), doeëdzunj (Reuver) Doodzonde, dodelijke zonde [doeëdzund]. [N 96D (1989)] III-3-3