33063 |
kop van de schoof |
kop:
kǫp (L329p Roermond)
|
De bovenkant van de schoof, daar waar zich de aren bevinden. Zie afbeelding 7. [N 15, 21b; JG 1b]
I-4
|
32286 |
kop van een duig |
kim:
%%de volgende opgave is meervoud%%
kemǝ (L329p Roermond)
|
Elk van de twee uiteinden van een duig. [N E, 32a]
II-12
|
32312 |
kopband |
kopband:
kǫp˱bantj (L329p Roermond
[(meervoud: kǫp˱bɛnj)]
)
|
De band die om de beide uiteinden van het vat wordt aangebracht. De in dit lemma opgenomen benamingen duiden zowel de voorlopige als de definitieve banden op die plaats aan. Zie ook het lemma ɛsluitbandenɛ. Als sluitband heeft de kopband vaak de functie van opzetband. Zie ook dat lemma.' [N E, 22a; N E, 23; N E, 42]
II-12
|
31225 |
koper |
geelkoper:
gē̜l kōpǝr (L329p Roermond),
koper:
kōpǝr (L329p Roermond),
messing:
mɛseŋ (L329p Roermond),
roodkoper:
r ̇ūt kōpǝr (L329p Roermond)
|
In zuivere toestand een roodachtig-bruin metaal, zeer rekbaar en weker dan smeedijzer. Geelkoper of messing is een legering van koper met ca. 30 tot 40% zink en meestal een weinig tin. [N 66, 58a-b; monogr.]
II-11
|
19883 |
koper poetsen |
koper poetsen:
De maag waar aan \'t koperpoetse
koperpoetse (L329p Roermond)
|
koperpoetsen
III-2-1
|
31684 |
koperslaan |
koperslaan:
kōpǝršl ̇ǭn (L329p Roermond)
|
Het vak van koperslager uitoefenen. Zie ook het lemma ɛkoperslagerɛ.' [N 66, 59]
II-11
|
31180 |
koperslager |
koperslager:
kōpǝršlē̜gǝr (L329p Roermond)
|
Ambachtsman die koperen voorwerpen vervaardigt voor huishoudelijk gebruik. Zie ook de paragraaf over de koperslager. Het woord ɛpompenmakerɛ werd in Venray (L 210) en omstreken ook gebruikt voor een loodgieter. Vgl. het lemma "loodgieter".' [N 66, 54a; L 34, 17a-b; Wi 2 add.; monogr.]
II-11
|
31193 |
koperslagerij |
koperslagerij:
kōpǝršlē̜gǝri (L329p Roermond)
|
Werkplaats van een koperslager. [N 66, 54d; monogr.]
II-11
|
21645 |
koperstuk |
bronzen cent:
eine brónze cent (L329p Roermond),
koperen cent:
eine kopere cent (L329p Roermond)
|
koperen of bronzen geldstukken [rode loop?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
24193 |
koperwiek |
goudmerel:
gòltjmèèrel (L329p Roermond)
|
koperwiek
III-4-1
|