25311 |
kwart el, maat van 17 cm |
kwart:
kwaart (L329p Roermond),
vierdel:
veerel (L329p Roermond)
|
de maat die een lengte aangeeftt van 17 cm, 1/4 deel van een el [kwaart, vierndeel, ferrel, verrel] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
25341 |
kwart, vierde deel, maat |
vierdel:
vee:rəl (L329p Roermond)
|
vierde deel
III-4-4
|
24201 |
kwartel |
wachtel:
wachtel (L329p Roermond)
|
kwartel
III-4-1
|
21419 |
kwartje |
kwartje:
ei kwartje (L329p Roermond),
kwartje (L329p Roermond, ...
L329p Roermond)
|
kwartje, een ~ [N 21 (1963)]
III-3-1
|
32254 |
kwast, noest |
aast:
̇ǭs (L329p Roermond)
|
Een onregelmatigheid in de houtstructuur van een boom. Kwasten ontstaan op plaatsen waar zich een tak bevindt of heeft bevonden. Zie ook afb. 204. Vgl. voor het woordtype aast ook het Hgd. Ast. [N E, 1; N 50, 76f; N 75, 97a-b; monogr.]
II-12
|
18244 |
kwastje aan een halsketting |
kwastje:
kweskes (L329p Roermond),
kwèskes (L329p Roermond)
|
gouden kwastjes aan een halsketting [trosjes] [N 86 (1981)]
III-1-3
|
24880 |
kweek |
onkruid:
-
onkroet (L329p Roermond),
puinen:
pø̜i̯nǝ (L329p Roermond)
|
Elymus repens (L.) Gould Zeer algemeen voorkomend hardnekkig onkruid op gras- en bouwland en op akkerranden, dat er grasachtig uitziet met een rechtopstaande aar en donker- tot grijsgroen blad. Het bloeit van juni tot augustus. De lengte varieert van 30 tot 120 cm. Het is een lastig kruipend onkruid met veel onderaardse wortelstokken, die wel als veevoeder gebruikt worden. De boer verwijdert het met de eg uit de akker. Deze plant is ook wel bekend onder de oude naam kweekgras of tarwegras (Triticum repens L.). Zie in verband met de vele puin-opgaven de speciale bibliografie onder Goossens 1985; 1987 en 1988, 109-126. [N 11, 71; JG 1a, 1b, 2c; A 27, 24b; A 28, 10; A 29, 6 en 9; A 33, 17; L 34, 52; L 48, 18; Lu 2, 18; Lu 4, 9; S 20; monogr.; add. uit N 11, 70, 72, 80a en 88] || kweek (Agropyrum repens) [DC 26 (1954)]
I-5, III-4-3
|
21344 |
kwellen |
judassen:
joedasse (L329p Roermond),
kwellen:
kwelle (L329p Roermond),
plagen:
plaogə (L329p Roermond)
|
lichamelijk of geestelijk leed veroorzaken [plagen, kwellen] [N 85 (1981)]
III-3-1
|
21788 |
kwelling/pesterij |
temptatie (<fr.):
tamptatie (L329p Roermond),
temptaatie (L329p Roermond),
temptasie (L329p Roermond),
temtasie (L329p Roermond)
|
het kwellen [plaag, temptatie] [N 85 (1981)]
III-3-1
|
19105 |
kwezel |
kwezel:
kwezel (L329p Roermond)
|
Een bidziel, bidmens, kwezel, overdreven vrome persoon. [N 96B (1989)]
III-3-3
|