e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L329p plaats=Roermond

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
lastig (werken) difficile (fr.): diefəsiel (Roermond), fig.  diefesie:l (Roermond), lastig: lastig (Roermond), moeilijk: meujelik (Roermond, ... ), meujle (Roermond), neutelijk: cf. Schuermans s.v. "neutelijk"= moeilijk, lastig  neu:telik (Roermond), ongemakkelijk: ōngəmèkkəlik (Roermond) het moeilijk zijn [slameur, last] [N 85 (1981)] || humeurig, korzelig, lastig || lastig || niet zonder moeite of inspanning volbracht of afgedaan kunnend worden, niet gemakkelijk [difficiel, delicaat, ongemakkelijk, onklaar, zwaar moeilijk] [N 85 (1981)] III-1-4
lastig kind nest: nēs (Roermond), nès (Roermond) een kind met een lastig karakter [nest, bernuizig kind, erg] [N 85 (1981)] III-1-4
lastig zijn donderjagen: donderjage (Roermond), plagen: plaoge (Roermond), tergen: terge (Roermond), vervelen: vervéélə (Roermond) tot last zijn, kwelling veroorzaken [vervelen, klieren, sarren, tergen, hengelen, kneuten, kneuteren, donderjagen, moesjanken,vernooien, verleden] [N 85 (1981)] III-1-4
lastigvallen hinderen: hinjere (Roermond, ... ), hinjərə (Roermond) iemand bij zijn werk storen of ophouden [plagen, steken, hinderen] [N 85 (1981)] III-3-1
lat lat: lat (Roermond) In het algemeen een gezaagde strook hout met geringe breedte en dikte. [N 50, 73e; N 50, 74a; monogr.] II-12
laten wijden laten inwijden: laote inwieje (Roermond), laten wijden: laote wieje (Roermond), laten zegenen: laote zaegene (Roermond, ... ), zegenen: zaegene (Roermond) Een akker laten (in)wijden/(in)zegenen. [N 96B (1989)] || Een huis of gebouw laten (in)wijden/(in)zegenen. [N 96B (1989)] || Een kruisbeeld, een heiligenbeeld(je), een kaars laten wijden/zegenen. [N 96B (1989)] || Een rozenkrans, een scapulier, een medaille, een kruisje laten wijden/zegenen door een priester. [N 96B (1989)] || Een voertuig (auto/wagen) laten wijden/zegenen, op of rond het feest van St. Christoffel (25 juni). [N 96B (1989)] III-3-3
latierboom box (e.): bǫks (Roermond) Een horizontale balk die twee paarden van elkaar scheidt, meestal hangend aan kettingen, ook wel vast verbonden. In plaats van een hangende balk kan er ook een eenvoudige en niet al te hoge tussenwand zijn. Met een box is een afgeschutte ruimte voor één paard bedoeld; de tussenwand maakt dan deel uit van de box. [N 5A, 59d; monogr.] I-6
laurier laurier: Noe nog e blaedje loreer en dan mòtte-ze n uurke sjtove  loree:r (Roermond) laurier III-2-3
laurierboompje laurier: loree:r (Roermond) laurier III-2-1
lauw weer lauw (weer): lauw waer (Roermond), lâôw wéér (Roermond), loom (weer): loom waer (Roermond), lui (weer): luij wéér (Roermond, ... ), moe (weer): meug waer (Roermond), vazel weer: vazel wair (Roermond, ... ) loommakend, gezegd van het weer [lui] [N 81 (1980)] || warm noch koud, gezegd van het weer [lauw, voos] [N 81 (1980)] III-4-4