23936 |
octaaf |
octaaf (<fr.):
oktaaf (L329p Roermond)
|
Een octaaf, periode van 8 dagen ter viering van een groot kerkelijk feest. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
24947 |
oever |
kant:
kantj (L329p Roermond, ...
L329p Roermond),
kàntj (L329p Roermond),
Opm. v.d. invuller: oever is niet gebruikelijk.
kantj (L329p Roermond),
ps. boven de a staat nog een ? en een `; deze combinatieletter is niet te maken.
kantj (L329p Roermond),
walkant:
walkantj (L329p Roermond, ...
L329p Roermond),
waterkant:
wáátərkànjt (L329p Roermond)
|
oever [DC 02 (1932)] || oever, zoom van het land aan elk van de beide zijden van het water van een rivier, meer enz [kant, wal] [N 81 (1980)]
III-4-4
|
24219 |
oeverzwaluw |
bergzwalg:
bergzjwalg (L329p Roermond),
steenzwaluw:
steinzwaluu (L329p Roermond)
|
oeverzwaluw [DC 18 (1950)]
III-4-1
|
23636 |
offerande |
offerande (<fr.):
offerande (L329p Roermond)
|
De offerande, het offertorium [offeróng?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
23408 |
offerblok |
offerblok:
offerblok (L329p Roermond),
offerstok:
offersjtok (L329p Roermond)
|
Het metalen (vroeger houten) kastje, aangebracht bij de kerkuitgan(en) en/of bij een heiligenbeeld, waarin men geld kan deponeren [godsblik, offerstok, offerblok, offerbus, offerkist?]. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
23639 |
offergang |
offergang:
offergank (L329p Roermond)
|
De offergang, rondgang van de gelovigen rond het offerblok [offergank?]. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
23409 |
offergeld |
offergeld:
offergeld (L329p Roermond),
offergeldj (L329p Roermond)
|
Het geld dat men in het offerblok stopt [offergeld?]. [N 96A (1989)]
III-3-3
|
24900 |
ogenblikje, korte tijd, eventjes |
ogenblik:
augĕblik (L329p Roermond),
ogenblikje:
augeblikske (L329p Roermond),
augenblikske (L329p Roermond),
augəblikskə (L329p Roermond),
ps zó letterlijk overgenomen, zoals invuller het genoteerd heeft!
o gəbligskə (L329p Roermond),
ps. onder de a staat nog een streepje en boven de Ô staat nog een `; deze combinatieletters zijn niet te maken.
augəblĭkskə (L329p Roermond),
tijdje:
tiedje (L329p Roermond),
tīētjə (L329p Roermond)
|
een korte tijdsruimte [poosje, end, scheut, stoot, rek, kortje, hortje, kutske, rande] [N 91 (1982)] || ogenblikje [DC 03 (1934)]
III-4-4
|
33558 |
okkernoot |
noot:
neut (mv.) (L329p Roermond),
noot (L329p Roermond),
noot. mv. neut (L329p Roermond)
|
noot || noot, vrucht
I-7
|
23227 |
oksaal |
oksaal:
oksaol (L329p Roermond, ...
L329p Roermond)
|
Het oksaal, de galerij boven het kerkportaal, waar het orgel staat en het zangkoor zingt [oksaal oksaol, koor, zangerskoor, zangzolder?]. [N 96A (1989)]
III-3-3
|