e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L329p plaats=Roermond

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
octaaf octaaf (<fr.): oktaaf (Roermond) Een octaaf, periode van 8 dagen ter viering van een groot kerkelijk feest. [N 96D (1989)] III-3-3
oever kant: kantj (Roermond, ... ), kàntj (Roermond), Opm. v.d. invuller: oever is niet gebruikelijk.  kantj (Roermond), ps. boven de a staat nog een ? en een `; deze combinatieletter is niet te maken.  kantj (Roermond), walkant: walkantj (Roermond, ... ), waterkant: wáátərkànjt (Roermond) oever [DC 02 (1932)] || oever, zoom van het land aan elk van de beide zijden van het water van een rivier, meer enz [kant, wal] [N 81 (1980)] III-4-4
oeverzwaluw bergzwalg: bergzjwalg (Roermond), steenzwaluw: steinzwaluu (Roermond) oeverzwaluw [DC 18 (1950)] III-4-1
offerande offerande (<fr.): offerande (Roermond) De offerande, het offertorium [offeróng?]. [N 96B (1989)] III-3-3
offerblok offerblok: offerblok (Roermond), offerstok: offersjtok (Roermond) Het metalen (vroeger houten) kastje, aangebracht bij de kerkuitgan(en) en/of bij een heiligenbeeld, waarin men geld kan deponeren [godsblik, offerstok, offerblok, offerbus, offerkist?]. [N 96A (1989)] III-3-3
offergang offergang: offergank (Roermond) De offergang, rondgang van de gelovigen rond het offerblok [offergank?]. [N 96B (1989)] III-3-3
offergeld offergeld: offergeld (Roermond), offergeldj (Roermond) Het geld dat men in het offerblok stopt [offergeld?]. [N 96A (1989)] III-3-3
ogenblikje, korte tijd, eventjes ogenblik: augĕblik (Roermond), ogenblikje: augeblikske (Roermond), augenblikske (Roermond), augəblikskə (Roermond), ps zó letterlijk overgenomen, zoals invuller het genoteerd heeft!  o gəbligskə (Roermond), ps. onder de a staat nog een streepje en boven de Ô staat nog een `; deze combinatieletters zijn niet te maken.  augəblĭkskə (Roermond), tijdje: tiedje (Roermond), tīētjə (Roermond) een korte tijdsruimte [poosje, end, scheut, stoot, rek, kortje, hortje, kutske, rande] [N 91 (1982)] || ogenblikje [DC 03 (1934)] III-4-4
okkernoot noot: neut (mv.) (Roermond), noot (Roermond), noot. mv. neut (Roermond) noot || noot, vrucht I-7
oksaal oksaal: oksaol (Roermond, ... ) Het oksaal, de galerij boven het kerkportaal, waar het orgel staat en het zangkoor zingt [oksaal oksaol, koor, zangerskoor, zangzolder?]. [N 96A (1989)] III-3-3