e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L329p plaats=Roermond

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
schatten schatten: sjatte (Roermond), sjáttə (Roermond) het gewicht van iets schatten [koersen, prijzen] [N 89 (1982)] III-3-1
schaven schaven: š ̇āvǝ (Roermond) In het algemeen het hout bewerken met een schaaf. [N 53, 90; monogr.] II-12
schede kut: kut (Roermond), metsenschede: metsesjei (Roermond), metsschede: metssjei (Roermond), pruim: proem (Roermond), schede: schei (Roermond), sjede (Roermond) schede, lederen ~ waarin een mes wordt bewaard [N 20 (zj)] || Schede: het buisvormige deel van de vrouwelijke geslachtsorganen dat toegang verleent tot de baarmoederhals, vagina (slot, foeter, keet, schede). [N 84 (1981)] III-1-1, III-2-1
scheef, niet recht scheef: scheif (Roermond), sjeif (Roermond, ... ), schuins: sjūūns (Roermond) van de rechte richting afwijkend, niet recht of niet rechthoekig [scheef, noers, noes, slim, scheel, schieps, schuins, schiks, schoeks] [N 91 (1982)] III-4-4
scheel zien scheel kijken: sjail kieke (Roermond), scheel zien: sjael zeen (Roermond), sjail zeen (Roermond) Scheel zien: gebrek van de ogen waarbij de oogassen niet op eenzelfde punt gericht kunnen worden (scheel zien, blieken, een bloem op het oog hebben). [N 84 (1981)] III-1-1
scheen scheen: sjeen (Roermond), šeen (Roermond), šén (Roermond) scheen - welk gedeelte van het lichaam wordt er mee bedoeld? [DC 01 (1931)] III-1-1
scheepje voor de wierook schuitje: sjuutje (Roermond) Het scheepje waarin de wierookkorrels worden bewaard [scheepke, schipke, schuitje, sjuutje?]. [N 96B (1989)] III-3-3
scheerapparaat scheerapparaat: elektries sjaerapparaat (Roermond, ... ) Electrisch scheerapparaat [DC 64 (1989)] || Ik scheer me niet meer nat, ik neem liever ... (het electrisch scheerapparaat). [DC 64 (1989)] III-1-3
scheerborstel scheerkwast: scheerkwas (Roermond) scheerkwast III-1-3
scheerdoos scheerkist: Zie ook afb. p. 253.  sjaerkies (Roermond) scheerdoos III-1-3