e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L329p plaats=Roermond

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
voorzwerm hoofdzwerm: hø̜jt˲žwɛrm (Roermond) De eerste zwerm, gewoonlijk in juni. Een deel van een bijenvolk verlaat met de oude koningin korf of kast. Wie met de zwerm meetrekt, schijnt niet meer naar de oude woning om te zien (De Roever, pag. 34). De zwerm laat een aparte zwermtoon horen. [N 63, 29b; JG 1b; N 63, 37e; A 9, 6] II-6
voren gleuven: glø̜vǝ (Roermond), groeven: grōvǝ (Roermond), ribben: rø̜bǝ (Roermond) Met behulp van de gleufstaak of het voorijzer groeven in een metalen plaat maken. [N 64, 34e; N 66, 14e] II-11
vork fourchette: veršet (Roermond), vērschèt (Roermond), vəršeͅt (Roermond), Mit mets en versjet aete veur de taart krege-ver zilvere versjetjes  versjet (Roermond) vork || vork om mee te eten [Roukens 03 (1937)] III-2-1
vorkenblok bestekbak: bestekbak (Roermond), fourchettenblok: versjetteblok (Roermond) blok waarin vorken worden bewaard [N 20 (zj)] III-2-1
vormbewijs vormbriefje: vormbreefke (Roermond) Het bewijs dat men gevormd is, vormbriefje [firmbrifje]. [N 96D (1989)] III-3-3
vormeling vormeling: vormeling (Roermond) Een vormeling. [N 96D (1989)] III-3-3
vormen vormen: vòrme (Roermond) Vormen, het Vormsel toedienen [firme, fierme]. [N 96D (1989)] III-3-3
vormsel vormsel: vormsel (Roermond) Het Vormsel [firmoeng]. [N 96D (1989)] III-3-3
vorst, het vriezen gevreur: gevreur (Roermond, ... ), ps. (*): Roermonds woord!  gevreur (Roermond), vorst: vorst (Roermond), vreus: vruus (Roermond, ... ) vorst, het vriezen || vorst, het vriezen [gevreur] [N 22 (1963)] III-4-4
vos vos: vós (Roermond, ... ) vos III-4-2