e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L329p plaats=Roermond

Overzicht

Gevonden: 6145
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
boomgaard bongerd: boŋərt (Roermond) I-7
boomklever blauwspecht: blauwsjpech (Roermond) boomklever III-4-1
boomkruin kruin: kruun (Roermond, ... ), WBD-WLD  krūūn (Roermond) De bladdragende takmassa (kroon, kapruin, kruin). [N 82 (1981)] III-4-3
boomkruiper boomkruiper: alleen in kandidaatsscriptie  boumkroeper, boumkuuperke (Roermond), boomlopertje: alleen in kandidaatsscriptie  baumluiperke (Roermond) boomkruiper III-4-1
boomleeuwerik boomleeuwerik: boumleewerik (Roermond), grasstrts: HB/HS, p.243  graassjtrööts (Roermond) boomleeuwerik || Hoe heet de boomleeuwerik? [DC 06 (1938)] III-4-1
boompieper boompiepertje: boompieper(ke) (Roermond), kleddermannetje: klèddermènneke (Roermond) boompieper III-4-1
boompje wisselen boompje verwisselen: buimke wissele  buimke verwissele (Roermond), pag. 40: Sub boom, de kienjer ware aan t buimke verwèssele.  buimke verwèssele (Roermond) [Boompje verwisselen]. || Wetenswaardigheden. [SND (2006)] III-3-2
boomvalk stootsvalk: sjtootvalk (Roermond) boomvalk III-4-1
boomvruchten stelen gappen: gappe (Roermond), stritsen: sjtrietse (Roermond) Boomvruchten stelen [tuten, stropen, bogeren, buten, afsnatsen]. [N 88 (1982)] III-3-2
boomwagen mallejan: malǝjan (Roermond) Een kar die bestaat uit twee grote wielen, een as en een lange dissel. Deze kar wordt gebruikt om bomen en andere lange, zware voorwerpen te vervoeren, die men onder de as met een ketting bevestigt. De as tussen de wielen is niet recht, maar als een halve cirkel naar boven gebogen. De boomstam wordt boven in de halve cirkel opgehangen. De boomwagen wordt meestal door twee paarden.getrokken. In het grootste deel van Belgisch Limburg gebruikt men voor de boomwagen een benaming die tot het woordtype huurst kan worden herkend (zie Verstegen 1940). Omdat dit type zoveel vervormingen kende, is het hieronder opgesplitst in drie ondertypes (huts, uts, nuts). [N 17, 6 + 15b; N G, 51; N 50, 12b; JG 1d; L 1a-m; L 14, 20; L 32, 83; monogr.] I-13