e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Romershoven

Overzicht

Gevonden: 1299
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
witte kanten muts waarop een sierkrans werd gedragen kanten muts: benaming voor iedere versierde muts, `s zondags gedragen  kantə møͅts (Romershoven) muts, witte kanten ~ waarop een sierkrans wordt gedragen {afb} [kroezel-, frul-, froezel-, krul-, poffermuts] [N 25 (1964)] III-1-3
witte kanten muts zonder sierkrans muts: ook benaming voor de door-de-weekse zwarte muts  møͅts (Romershoven) muts, witte kanten ~ zonder kroon als doordeweekse hoofdtooi, door oudere en minder gegoede vrouwen ook s zondags gedragen {afb} [N 25 (1964)] III-1-3
witte kool kabuis: kəboͅuzə (Romershoven), wit moes: wit mūs (Romershoven) [Goossens 1b (1960)] I-7
wolfsdak half afdak: hāf˱ ǭf˱dǭk (Romershoven) Zadeldak waarvan de topgevels zijn afgeknot. [N 4A, 23a; div.] II-9
wolfseinde kortgeveltje: kǫt˲gjē̜vǝlkǝ (Romershoven) Driehoekig dakvlak boven een afgeknotte gevel. [N F, 47c; N 4A, 23b; N 4A, 23a; monogr.] II-9
wollen muts (kinderen) kindermuts: kenərmøͅts (Romershoven) muts van wol (gebreid) voor kinderen [N 25 (1964)] III-1-3
wortel wortel: wǫ.tǝl (Romershoven) Het deel van de plant dat onder de grond blijft. Het is in de materiaalverzamelingen overal duidelijk gemaakt dat het niet om groente gaat. Vergelijk daartoe de lemma''s ''winterwortel'' en ''tuinworteltje'' in de aflevering over de moestuin. [JG 1a, 1b; L 8, 100a; L 15, 28; S 45; monogr.] I-4
wortelklomp van een struik klot: klot (Romershoven) [N 27, 9c] I-8
wortels rooien uitlichten: ǭtlixtǝ (Romershoven) Dennenwortels met een hefboom uit de grond trekken. [N 27, 8c] I-8
worteltje molpenstaarten: moͅ.lpəsteͅt (Romershoven) Fijne variëteit tuinwortelen [Goossens 1b (1960)] I-7