34370 |
neusring |
ring:
rēŋk (L373p Roosteren)
|
Ring in de neus van het varken die het wroeten moet beletten. [N 19, 26; JG 2c; mongr.]
I-12
|
20482 |
nicht |
nicht:
nich (L373p Roosteren)
|
nicht; Bestaan er verschillende woorden voor de verschillende soorten van nichten (kinderen van ooms en tantes, kinderen van broers en zusters, achternichten?) [DC 05 (1937)]
III-2-2
|
17698 |
nier |
nier:
neer (L373p Roosteren, ...
L373p Roosteren)
|
nier [N 10 (1961)]
III-1-1
|
34208 |
nierbekkenontsteking |
dresen:
dręi̯sǝ (L373p Roosteren)
|
Een aandoening van de pisbuis, vervolgens van de blaas en van een van de pisleiders en tenslotte van het nierbekken. De kwaal komt bijna uitsluitend bij het vrouwelijk dier voor. De dieren hebben minder eetlust, herkauwen weinig, vermageren, hebben een droge en stugge huid. Ze urineren telkens in kleine hoeveelheden. De oorzaak is een bepaalde smetstof. Zie ook het lemma ''chronische nier- en nierbekkenontsteking'' in wbd I.3, blz. 486. [N 3A, 94; N 52, 29; A 48A, 43]
I-11
|
34153 |
niet behouden |
niet behouden:
nēt bǝhau̯tǝ (L373p Roosteren),
willig:
weljex (L373p Roosteren)
|
Niet bevrucht. De koe wordt drie weken na de dekking weer tochtig. [N 3A, 32b]
I-11
|
34149 |
niet bevrucht |
gust:
gøst (L373p Roosteren),
leeg:
lēx (L373p Roosteren)
|
Niet bevrucht bij dekking, gezegd van de koe. [N C, 19; N C, 18]
I-11
|
21654 |
niet gunnen |
niet verkopen:
ze wordt neet verkoch (L373p Roosteren)
|
ze wordt niet gegund, i.v.m. de openbare verkoping van b.v. een boerderij [de boerderij is opgehouden?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
19010 |
nieuwsgierig |
nieuwsgierig:
ie = bien (fr.)
nusjierig (L373p Roosteren)
|
nieuwsgierig, benieuwd: die vrouw is erg - [DC 16 (1948)]
III-1-4
|
17724 |
nieuwsgierig kijken |
nieuwsgierig kijken:
nusjièrich kieke (L373p Roosteren),
nusjièrig kieke (L373p Roosteren)
|
kijken: nieuwsgierig kijken [blieke, spitsmoele] [N 10 (1961)]
III-1-1
|
18020 |
niezen |
niesten:
neeste (L373p Roosteren, ...
L373p Roosteren)
|
niezen [niese, nieste] [N 10a (1961)]
III-1-2
|